PHILIPSBURG – Het rommelt in de taxiwereld op Sint Maarten. Rufino Arrindell heeft er genoeg van. Hij begon bijna dertig jaar geleden als taxichauffeur maar kan naar eigen zeggen nu nauwelijks een redelijke boterham verdienen.
“Toen ik begon waren er 189 taxi’s aan de Nederlandse kant van het eiland,” zegt hij. “Nu zijn het er 549. Soms moet ik vier uur op een rit wachten en als ik pech heb is het een klusje van zes dollar.”
Snoepgoed
Arrindell houdt twee voormalige ministers van Economische Zaken, Franklin Meyers en Romeo Pantophlet verantwoordelijk. Zij zouden taxivergunningen als snoepgoed hebben uitgedeeld.
De huidige minister van Toerisme en Economische Zaken Ted Richardson zegt dat hij sinds zijn aantreden geen enkele taxivergunning heeft afgetekend. “Degenen die om zo’n vergunning vragen willen geen taxi rijden, ze zijn op zoek naar inkomen. Het is moeilijk te zeggen of er teveel vergunningen zijn. In het hoogseizoen is dit zeker niet het geval, soms zijn er zes of meer cruiseschepen in de haven.”
Open discussie
De Sint Maarten Hospitality en Trade Association (SHTA) bewondert Arrindell’s moed om de knuppel in het hoenderhok te gooien. “Zijn claims rechtvaardigen een open discussie over het functioneren van de taxiwereld,” aldus de SHTA. “Als vergunningen worden uitgegeven om politieke invloed uitoefenen, dan gaat het niet langer om de behoeften van de gemeenschap.”
Taxichauffeurs ondervinden ook concurrentie van openbaar vervoer en ondernemers met een T (touring cars) en een G (groeps vervoer) vergunning. Deze week snapte Arrindell een busje met een T-nummerplaat die voor grotere bussen is bedoeld. Er is ook concurrentie van autoverhuurbedrijven, illegale taxi’s en taxi’s van de Franse kant.
Ongelijkheid
“Het gebruik van een vergunning voor meerdere auto’s creëert ongelijkheid, overspoelt de markt en verwatert het inkomen voor legitieme chauffeurs”, aldus SHTA. De SHTA pleit voor een openbaar register van vergunninghouders en een transparant beleid.
“Een taxivergunning is voor persoonlijk gebruik”, zegt Arrindel. “Je mag alleen een hulpchauffeur laten rijden als je ziek bent, of met vakantie. Maar 80 procent van de vergunningen worden verhuurd door voormalige ministers en parlementsleden. En 90 procent heeft al een andere baan.”
Arrindell is een voormalige voorzitter, penningmeester en secretaris van de St. Maarten Taxi Association. Na drie decennia heeft hij een aardige kijk op de sector. “We hebben niet meer dan tweehonderd taxi’s nodig aan de Nederlandse kant. Meyers en Pantophlet hebben ons leven kapotgemaakt met het uitdelen van hun politieke gunsten.”
“Ik werk van ‘s morgens zes uur tot ‘s avonds acht uur”, verzucht hij. Arrindell zegt dat niemand in de regering of het parlement bereid is om te luisteren. “Ik heb gesproken met Johan Leonard, parlementslid voor de United People’s party en ik heb gesproken met William Marlin, de leider van de National Alliance. Ze hebben me beloofd om iets te doen maar er komt niets van.”
Illegale taxi’s
Arrindell beklaagt zich ook over de lakse houding van de politie tegenover illegale taxi’s. “Ze zien ze rondrijden met een M-nummerplaat (voor particulier vervoer) en een taxi-bord op hun dak. Ze doen niets. Sterker nog, ze hebben het lef om te zeggen dat het onze schuld is dat er illegale taxi’s zijn omdat we af en toe passagiers weigeren. Wij hoeven geen passagiers aan te nemen die dronken zijn, onder het bloed zitten of nat zijn.”
Door Hilbert Haar