De nieuwe premier van Curaçao, Daniel Hodge, wil de offshore economie van het eiland nieuw leven inblazen. Hij rekent daarbij op begrip van Nederland.


“Internationale financiële dienstverlening heeft altijd een belangrijke rol in onze economie gespeeld. In het verleden heeft dat heel veel geld binnengebracht. Door internationale verplichtingen is dat stukken minder geworden”, aldus Hodge.

Er moet op Curaçao onder druk van Nederland fors bezuinigd worden op gezondheidszorg, pensioenen en ambtenarensalarissen om een dreigend gat van 350 miljoen gulden op de landsbegroting te voorkomen. Extra inkomsten zouden zeer welkom zijn.

“In het kader van een betere relatie met Nederland gaan we het punt van financiële dienstverlening wel aankaarten. Wij zijn onderdeel van het koninkrijk en als we serieuze partners van elkaar willen zijn en een respectvolle relatie met elkaar willen hebben, moet men straks niet moeilijk met ons gaan doen als wij onze offshore business willen gaan stimuleren.”

Daniel Hodge tekent landsbesluit en wordt premier- Foto Celly Martis

Daniel Hodge tekent landsbesluit en wordt premier - Foto Celly Martis

In de jaren negentig werden de Nederlandse Antillen, waar Curaçao deel van uitmaakte, in een adem genoemd met slecht gereguleerde belastingparadijzen als de Kaaiman-eilanden, Panama en Liechtenstein.

Het afgelopen decennium werd onder druk van Nederlandse en internationale regelgeving die rol van de Antillen veel kleiner. Curaçao is volgens de regels van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) geen belastingparadijs meer sedert 2001. Vanaf toen voldeed de financiële dienstensector aan de aanbevelingen van die organisatie. Het eiland voldeed toen al aan de belangrijkste eisen van de Amerikaanse belastingdienst (IRS), want in 1997 werd de wet Melding Ongebruikelijke Transacties (MOT) en de wet Identificatie bij Financiële dienstverlening ingevoerd.

Uiteindelijk is de basis voor de nieuwe fiscale wetgeving op de Nederlandse Antillen er gekomen met het Nieuw Fiscaal Raamwerk (NFR) dat in december 2001 door het Antilliaanse parlement werd aangenomen. Daarmee werd het verschil tussen lokale en offshore vennootschappen verdwenen.

In samenhang daarmee is met ingang van 1 januari 2002 de Belastingregeling voor het Koninkrijk (BRK) gewijzigd. Met de invoering van het NFR en de aansluiting bij de BRK  is Curaçao van de zwarte lijst gehaald, maar zijn de inkomsten uit financiële dienstverlening ook geslonken.

Nederland is zelf wereldwijd toonaangevend als ‘financiële dienstverlener’. In 2011 sluisden honderd multinationals legaal zeker 57 miljard euro van en naar Nederland waar zij tussen nul en vijf procent belasting over betaalden. Nederland hield daar bijna twee miljard aan inkomsten aan over. Premier Hodge hoopt dat Curaçao die rol kan meespelen en ook zo de kas van het eiland kan spekken.

Door: Jean Mentens