Als je op Curaçao bij mensen thuiskomt om zorg te verlenen, kom je vaak schrijnende situaties tegen, vertelt wijkverpleegster Eunice Pantophlet. Het is voor haar en andere collega’s lastig om mensen met honger achter te laten. 

Nu werkt zuster Eunice (34) met veel plezier op Bandabou, vertelt ze. Eigenlijk wilde ze vroeger psychiater worden. “Inmiddels werk ik al vijftien jaar in de zorg. Toen wij na de mavo een vervolgopleiding moesten kiezen, was er nog niet zo veel keuze als nu. Ondanks dat ik niks over de zorg wist, heb ik het toch gekozen.”

Ze heeft bij verschillende zorginstellingen gewerkt, waaronder in een verpleeghuis, hospice en nu dus in de thuiszorg. Haar passie voor het helpen van mensen is nooit afgenomen. “Als je het met je hart doet krijg je hier echt heel veel voldoening van. Ik heb zoveel mooie verhalen van mensen gehoord.”

“Wat ik zo mooi vind aan het werken op Bandabou, is de sociale controle. Als een vrouw thuiszorg krijgt maar een buurvrouw heeft die dag de thuiszorg nog niet langs zien komen dan bellen ze gewoon op van: hallo, komt de thuiszorg nog? Want ik heb de hele dag nog niemand langs zien komen.”

Verborgen armoede
Veel inwoners en toeristen rijden naar Bandabou om bij de meest prachtige stranden te gaan zwemmen. In dit gedeelte van Curaçao is er veel natuur en rust, omdat er minder mensen wonen. Maar dit is ook het deel van Curaçao waar relatief veel armoede is.

“Het zijn vaak ouderen die in armoede leven, maar soms zijn het ook gezinnen die het niet makkelijk hebben. Soms is een gezinslid ziek waardoor ze niet kunnen werken. Ze moeten dan leven met wat ze hebben”, vertelt ze. “Soms krijgen ze hulp van familieleden of van buren. Maar familieleden kunnen niet altijd helpen.”

“Als wijkverpleegkundige word je een soort familie van de patiënt. Je bouwt een vertrouwensband op en dan praten ze veel met je bijvoorbeeld over dat ze niks te eten hebben. Soms moet je je eigen geld gebruiken als je ziet dat de mensen geen eten en drinken hebben of geen geld hebben om medicijnen te kopen”, vertelt ze. “Niet alleen ik doe dat regelmatig, maar óók mijn collega’s.”

Waarom? Zij en haar collega’s kunnen simpelweg niet anders, vertelt ze. “Ik lig regelmatig wakker van de problematieken op mijn werk. Met de tijd wordt het minder, maar het spookt altijd in mijn achterhoofd: hoe ik iemand nog meer zou kunnen helpen.”

Loterij winnen
“Als je dit beroep kiest dan weet je dat dit doet om anderen te helpen. Als jij iemand bent die anderen niet graag helpt of niet sterk in je schoenen staat, dan is dit werk niks voor jou. Met de tijd realiseer je dat je niet iedereen kan helpen”, vertelt zuster Eunice. “Ik denk altijd: wat zou ik toch graag willen dat ik de lotto win, zodat ik iedereen nog meer kan helpen!”

Zuster Eunice prijst zich gelukkig door hoe andere mensen haar behandelen, zegt ze met een grote glimlach. “Ik loop soms op straat en mensen van tien of vijftien jaar geleden spreken mij nog steeds aan om te zeggen hoe dankbaar ze zijn voor de zorg die ik verleend heb aan een familielid of kennis van ze. Mensen vergeten nooit dat je iets voor ze hebt betekend, in een periode van hun leven waarin ze echt de meeste hulp nodig hadden. Je verdient misschien niet veel, maar je krijgt er heel veel voor terug.”

En hoe zit het eigenlijk met haar eerdere droom, om psychiater te worden? Die droom heeft ze eigenlijk nog steeds. “Ik houd van studeren! Ik ben nu een managementopleiding aan het doen. Misschien dat ik ooit nog verder ga studeren en dat ik dan toch nog psychiater word.”

‘Niet boos blijven op andere mensen’
Door haar werk is haar wel een ding duidelijk geworden, zegt ze. Veel mensen krijgen er spijt van dat ze zo lang boos op elkaar zijn geweest. “Verdoe jouw leven niet aan boos blijven op mensen. Je weet niet hoe lang je zal leven, of hoelang juist zij te leven hebben. Probeer zo positief mogelijk in het leven te staan.”

De Wekelijkse Update

Blijf op de hoogte van de belangrijkste updates uit de Caribische gemeenschap. Abonneer je net als anderen op de nieuwsbrief via deze link.