DEN HAAG – Het onderzoek naar een duurzame drinkwatervoorziening op Saba moet rond de zomer van 2013 klaar zijn. Daarna zal de Nederlandse regering met Saba bekijken welke maatregelen genomen worden om een betrouwbare drinkwatervoorziening te krijgen. Zelfvoorziening is daarbij een belangrijk uitgangspunt. Dat blijkt uit antwoorden van minister Melanie Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu op Kamervragen van D66.

Uit het onderzoek moet een duidelijke voorkeursoptie komen met daarbij inzicht in kosten en maatregelen die genomen moeten worden om deze optie te realiseren. Een voorstel vanuit Saba uit 2012 om te gaan werken met waterfilters en het regenwater beter op te vangen is niet uitgevoerd vanwege het wegvallen van geld voor duurzaamheid, zegt Schultz van Haegen. Om de kennis over een efficiënte drinkwatervoorziening te vergroten heeft Saba ook contact met kennisinstituut Vitens Evedis Internationaal.

Dat Saba in maart drinkwater van buitenaf nodig had, kwam volgens de minister door een defect aan de waterfabriek, waardoor die maar op halve kracht produceert. Verder waren de drinkwaterreservoirs van de bevolking leeg omdat het al sinds januari weinig regende. Het verschepen van water was een incidentele oplossing, die slechts een enkele keer nodig is. De laatste keer dat dit ook gebeurde was in 2009.  Het is op Saba gebruikelijk om regenwater op te vangen in een watertank en dit–gratis – water te gebruiken. Op Sint Eustatius is inmiddels een waterleidingnet aangelegd, dat naar verwachting in de zomer operationeel zal zijn, aldus de brief.

Waterprijzen
Op Saba kost 1.000 liter water uit de waterfabriek 50 dollar. Op Sint Eustatius is dat slechts 10 dollar en op Bonaire 5 dollar. Het water op Saba is dus een stuk duurder dan op de andere BES-eilanden. Dit komt volgens de minister doordat ‘de waterfabriek in private handen is’. De waterprijs is niet vergelijkbaar met die in Europees Nederland, omdat de situatie daar volledig anders is, aldus de minister. Het water op Saba moet ontzilt worden en er is geen bodem- en oppervlaktewater zoals in Nederland.

door: Jamila Baaziz