Foto: Natasja Gibbs

HILVERSUM – Hoogleraar Staatsrecht, Arjen van Rijn, laat zich kritisch uit over ‘de aarzelende houding’ van het ministerie van Binnenlandse Zaken (BZK) tegenover gemeenten die dakloze Sint-Maartenaren weigeren in te schrijven.  

Haarlem en Leiden weigeren nog steeds de evacués door orkaan Irma in te schrijven. De gemeenten beweren volgens Van Rijn onterecht dat ‘de status van de gevluchte Sint-Maartenaren nog steeds onduidelijk is’ en wachten liever op een richtlijn vanuit BZK. “Onzin en onnodige traineren van de situatie”, oordeelt Van Rijn.

“Er ligt al een richtlijn, namelijk de wet. De enige eis die de wet aan Sint-Maartenaren stelt is dat zij zich eerst uit Sint Maarten moeten hebben uitgeschreven. Maar dat is een eis die je in redelijkheid niet kunt hanteren voor mensen die na een orkaan moeten vertrekken van een eiland waar het bevolkingsregister net als de rest plat ligt.”

“Sint-Maartenaren moeten gewoon worden ingeschreven als zij daar om vragen”

Wie de Nederlandse nationaliteit heeft, kan volgens Van Rijn simpelweg niet geweigerd worden. “Ik begrijp de aarzeling van het ministerie niet. Juridisch is het glashelder. Sint-Maartenaren moeten gewoon worden ingeschreven als zij daar om vragen”, aldus de hoogleraar Staatsrecht. “Ik zou wel willen weten wat de juridische basis is van de aarzeling van de gemeenten en BZK, want het Nederlanderschap is ongedeeld.”

Volgens BZK ligt de situatie voor de gevluchte Sint-Maartenaren ‘ingewikkelder’ door de orkaan. De Rijksoverheid weet niet of ze voor de lange termijn blijven en daarom een inschrijving echt nodig is.

Staatsrechtelijk gezien ‘Nederlander’
Van Rijn zegt dat ‘de duur van het verblijf geen rol mag spelen’. “Natuurlijk mag die vraag gesteld worden, maar het is geen graadmeter voor of iemand met een Nederlands paspoort hier wel of niet mag inschrijven. Als iemand na een paar maanden of een jaar besluit om weer terug te gaan dan mag dat ook.”

Wel of geen inkomen?
‘Onder normale omstandigheden’ valt volgens BZK makkelijk te zien wie vanuit de Caribische eilanden voor ‘langere tijd’ naar Nederland komt. “Maar voor de mensen die nu uit Sint-Maarten zijn gekomen geldt die situatie niet. Zij komen zonder inkomen en verblijven in een noodopvang. Dus er moet echt worden onderzocht of hun verblijf wel blijvend is”, aldus een woordvoerder van BZK.

Ook het wel of niet hebben van een inkomen, zoals het ministerie van BZK aanhaalt, mag volgens Van Rijn geen rol spelen. “Uitgangspunt is in Nederland dat je in je eigen onderhoud moet kunnen voorzien, als dat niet het geval is dan kun je terugvallen op de voorzieningen in Nederland. Die voorzieningen gelden ook voor mensen die uit Sint-Maarten hierheen komen. Staatsrechtelijk zijn zij Nederlanders.”

Deze gemeenten schrijven wel in

De gemeenten Tilburg, Almere, Den Haag, Amsterdam, Rotterdam, Groningen, Almere en Lelystad schrijven Sint-Maartenaren wel zonder problemen in. Amsterdam heeft sinds 6 september 42 Sint-Maartenaren ingeschreven, Rotterdam 32, Den Haag 8 en Almere 5.  

In Leiden en Haarlem zitten er in totaal zo’n 30 Sint-Maartenaren met kinderen in afwachting. Naar een andere gemeente uitwijken kunnen zij niet omdat ze vast zitten aan de noodopvang van de gemeente waar ze verblijven. Veranderen van noodopvang kan ook niet.