Toch schadelijke stof gevonden in de grond bij Boka Sami: ‘Dit verdwijnt niet vanzelf

Foto: Kim Hendriksen

Op het terrein bij Libu, Boka Sami, waar mangroven groeien en vogels broeden, is een schadelijke chemische stof in de bodem aangetroffen. Milieuactivist Ryan de Jongh, die zelf bodemmonsters liet nemen, heeft de resultaten openbaar gemaakt. Uit het rapport blijkt dat er geen olie, maar wel tributylfosfaat (TBP) in de bodem zit. Deze stof komt alleen voor in industriële processen, zoals metaalextractie en het maken van kunststoffen. Volgens het laboratorium ADC kan er sprake zijn van bodemverontreiniging.

Wat is TBP?
TBP is een synthetisch oplosmiddel dat niet in de natuur thuishoort. Volgens het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen (ECHA) is het schadelijk bij inslikken, irriterend voor de huid en langdurig gevaarlijk voor het watermilieu. De stof breekt bovendien zeer langzaam af, wat betekent dat ze jarenlang in de bodem aanwezig kan blijven. “Het is misschien geen olie,” zegt De Jongh, “maar het is wel iets dat hier absoluut niet thuishoort.”

Risico voor het grondwater
Wat De Jongh extra zorgen baart, is dat de stof door regen of natuurlijke stroming kan doorzakken naar het grondwater. “Als dit in onze waterlagen terechtkomt, is het veel moeilijker terug te halen,” zegt hij. “Dat heeft gevolgen voor planten, dieren én mensen.” Curaçao is afhankelijk van een kwetsbaar ecosysteem en gebruikt deels grondwater voor landbouw en natuurbeheer. Vervuiling van die bronnen kan op lange termijn schadelijk zijn voor de volksgezondheid en biodiversiteit.

Overheid zag eerder geen probleem
In januari waarschuwde De Jongh al voor mogelijke vervuiling, nadat hij olieachtige resten in het gebied had gezien. Het ministerie van Gezondheid, Milieu en Natuur (GMN) stelde na een visuele inspectie dat er geen olie aanwezig was, maar besloot toch bodemmonsters te nemen.Het laboratoriumrapport bevestigt dat er geen olie, maar wél een andere schadelijke stof is aangetroffen. En dat baart De Jongh zorgen: “We hebben het over een beschermd natuurgebied. Een RAMSAR-gebied. (Internationaal beschermd natuurgebied) Dat moet je serieus nemen.”

Mogelijke link met raffinaderij

Hoewel er geen olie is aangetroffen, vermoedt De Jongh dat de vervuiling toch te maken kan hebben met de raffinaderij op het eiland. “Curaçao kent verder geen zware industrie,” zegt hij. “Dan blijft er weinig anders over.” Vanuit het raffinaderijgebied bij het Schottegat lopen namelijk pijpleidingen door het gebied bij Boka Sami richting de olieterminal bij Bullenbaai. Deze leidingen maken deel uit van de infrastructuur die sinds jaar en dag wordt beheerd door Refineria di Kòrsou (RDK), nu bekend als 2Bays. Dat versterkt volgens De Jongh het vermoeden dat de aangetroffen stof afkomstig is uit raffinageprocessen. “Het hoeft niet altijd naar olie te ruiken om vervuiling te zijn,” zegt hij.

Volgens De Jongh is de aanwezigheid van deze vervuiling niet nieuw. “De RDK weet dit al minstens vijftig jaar,” zegt hij. “Er is toen geprobeerd het gebied te saneren, en dertig jaar geleden opnieuw. Maar beide pogingen zijn nooit volledig uitgevoerd of opgevolgd.”

Reactie 2Bays
Patrick Newton, directeur van 2Bays (voorheen RDK), laat in een reactie aan Caribisch Netwerk weten dat er volgens hun milieu-experts geen sprake is van olieproducten en dat de gevonden stoffen volgens hen niet te maken hebben met ‘historische’ activiteiten van 2Bays. Ook stelt hij dat de leidingen die door het gebied lopen sinds de Shell-tijd zijn gebruikt, maar nu buiten gebruik zijn en alleen water met een anti-corrosiemiddel bevatten.

Volgens Newton bevestigen de door De Jongh gepubliceerde laboratoriumresultaten deze voorlopige conclusie. De aangetroffen stoffen hebben niet te maken met onze historische activiteiten,” aldus Newton. Naar zijn weten zijn er ‘zeker recent’ geen saneringspogingen uitgevoerd door RDK of 2Bays in dit gebied.
2Bays wacht, net als De Jongh, nog op de officiële onderzoeksresultaten van het ministerie, dat zelf bodemmonsters heeft genomen.

Nog geen reactie van GMN en 2Bays
Caribisch Netwerk heeft ook minister Javier Silvania (MFK) van Gezondheid, Milieu en Natuur om een reactie gevraagd. Op het moment van publicatie van dit artikel is daar nog niet op gereageerd. De Jongh hoopt dat de openbaarmaking van het rapport leidt tot meer bewustwording én actie. “Dit is geen aanklacht,” zegt hij terwijl hij naar het natuurgebied kijkt. “Dit is een wake-upcall. Voor ons allemaal.”