Foto: Sam Jones

Regina Schalkwijk-Pourier (79) uit Aruba woont nu precies veertig jaar in Suriname, nadat ze verliefd werd op haar man Eric. Hoe is het om daar te wonen? Dit is het tweede verhaal uit het drieluik Caribische sporen in Suriname

De Arubaanse woont in een groot huis aan de rand van Paramaribo. Voor, een ruime grastuin en die ruimte zet zich voort in hun woonkamer annex keuken, eetruimte met daarachter het terras en de grote achtertuin. In de tuin veel bomen zoals citrus, tamarinde en manja, maar ook palmbomen en cactus-planten die aan Aruba doen denken.


Video: Sam Jones


Haar Surinaamse man leerde ze kennen in haar studententijd in Nederland.
We kennen elkaar al 53 jaar en besloten in Suriname te gaan wonen.

Het was geen moeilijke stap voor haar, ook niet om aan Suriname te wennen. Ik pas me vlug aan, want ik heb ook 16 jaar in Nederland gewoond. Daar zagen me ook voor alles aan: Antilliaans, Surinaams, Moluks… Ik noem mijzelf een wereldburger. Overal heb ik me goed aangepast.

Het bevalt mij hier uitstekend”, vertelt Schalkwijk-Pourier die geboren en opgegroeid is in de Arubaanse wijk Seroe Blanco. Ze heeft altijd ‘met frisse tegenzinin Suriname gewoond, maar is wel gebleven, vertelt een goede vriendin die haar nog vanuit Nederland kent.

Van die tegenzin is weinig te merken. Of het moet zijn dat ze haar familie mist op Aruba, en op Sint-Maarten haar dochter en in Nederland haar zoon. Mijn ouders zijn eigenlijk van Bonaire,zegt Schalkwijk-Pourier De Pouriers zijn echte Bonairianen maar van kleins af zijn wij naar Aruba vertrokken. Alle kinderen zijn op Aruba geboren.

Schalkwijk-Pourier komt niet heel vaak meer op haar geboorte-eiland. Ze gaat wel regelmatig met haar man naar Sint-Maarten om haar dochter te bezoeken. Soms twee keer per jaar. 

Er zijn in Suriname weliswaar geen grote zandstranden, maar het binnenland van Suriname vindt ze prachtig. Het klimaat? Lekker warm, net zoals op Aruba, vindt ze.

Wat ze mist? Haar moedertaal. Iedereen in het land praat vooral Nederlands. Ze heeft wel Sranan-cursussen gevolgd, vertelt ze, maar als ze de taal dan probeerde te praten met mensen werd ze uitgelachen.

Als ze mensen van de abc-eilanden tegenkomt, grijpt ze het moment aan om even Papiaments te praten. Er zijn hier Surinamers die op de eilanden hebben gewerkt. Die vinden het ook leuk om Papiaments te praten.” Maar verder kent ze in haar omgeving niet veel mensen waarmee ze haar moedertaal kan praten. “En dat mis ik hier wel.” 

De nu 79-jarige Schalkwijk-Pourier, heeft eerst gewerkt bij Stichting Lobi, een organisatie die voorlichting geeft over family-planning. Daarna ben ik bij het bedrijf van mijn man gaan werken, die landmeter is. We doen nog veel sociaal werk, zoals mensen helpen die het niet al te breed hebben of gezondheidsproblemen hebben.