Foto: Jacqueline Hooftman

PHILIPSBURG – Na twee magere jaren als gevolg van de corona-pandemie, weten toeristen Sint-Maarten weer te vinden. Ten opzichte van het eerste kwartaal van 2021, is het aantal bezoekers met meer dan tweehonderd procent is gestegen.

Maar het eiland is nog niet op de sterkte vóór de corona-pandemie. Dat is wel nodig, omdat de economie veel afhangt van het toerisme.

Minister Roger Lawrence van Toerisme, Economische Zaken, Transport en Telecommunicatie (TEATT) presenteerde donderdag de nieuwste toerismecijfers. Daaruit blijkt dat er in het eerste kwartaal van 2022, 194.516 passagiers per vliegtuig het eiland aandeden. Daarmee ligt Sint-Maarten volgens Lawrence op schema om dit jaar 90 procent van de aantallen van 2019 te halen.

Jachtindustrie
Volgens de minister tonen statistieken aan dat ook de aantallen cruisetoeristen een stijgende lijn kennen, met een forse groei van het eerste kwartaal van dit jaar op 291.497. Lawrence meldt dat de jachtindustrie ook positief nieuws heeft. De aankomst aantallen voor megajachten zijn gestaag blijven stijgen, sinds het eiland in 2017 heropend werd na orkaan Irma.

“Op basis van de huidige cijfers zijn we voorzichtig optimistisch over de bezoekersaantallen van dit jaar, vooral gezien het feit dat we carnaval aan onze lijst met activiteiten voor 2022 hebben kunnen toevoegen.”

Voorzorgsmaatregelen
Maar de toeristenindustrie is niet zonder concurrentie, stelt de minister. Reizigers hebben nog meer opties voor vakantie, omdat zowel in de Cariben als internationaal er meer landen zijn die de regels voor Covid-19 versoepelen. “We moeten er alles aan doen om ervoor te zorgen dat de economische groei kan blijven toenemen ten voordele van het eiland”, zegt Lawrence.

En daarin raakt hij een belangrijk punt. Volgens een analyse in het Sint-Maartense dagblad The Daily Herald, is toerisme de grootste aanjager van de economie. De huidige economische situatie is ‘delicaat’, aldus de krant. Daarbij wordt onder meer gewezen naar het feit dat de Centrale Bank van Curaçao en Sint-Maarten de verwachte economische groei heeft verlaagd vanwege de oorlog in Oekraïne.

‘Meer toeristen uit Nederland’

De krant stelt voor om meer te investeren in een grotere inspanning om vooral Europese gasten aan te trekken die ook in de zomer graag reizen. Dat lijkt de moeite waard voor zowel de Nederlandse als de Franse kant van het eiland, ‘die immers nauwe banden hebben met respectievelijk Nederland en Frankrijk’.

Hervormingen doorvoeren met hulp en toezicht vanuit Den Haag via het Coho is één ding, ‘maar het actief stimuleren van meer bedrijvigheid gedurende het hele jaar en het diversifiëren van markten met de nodige financiële middelen kan leiden tot resultaten op korte termijn’. Met andere woorden: gerichte campagnes om toeristen uit Nederland warm te maken voor een bezoek aan Sint-Maarten.

Curaçao als voorbeeld
Daarin is Curaçao een voorbeeld. In maart werden op het eiland meer dan 40.000 toeristen verwelkomd, waarmee het eiland ook weer aankruipt tegen de cijfers vóór corona.

Opvallend daarbij is het grote aantal toeristen uit Nederland. Ten opzichte van maart 2019 is dat aantal bezoekers met 40 procent gestegen. Het Curaçaose toerismebureau meldt dat als de groei door blijft zetten het aantal toeristen dadelijk voor 70 procent uit Nederland afkomstig is.

Verschillende ondernemers op Sint-Maarten kijken met lede ogen naar de interesse uit Nederland en willen dat ook Sint-Maarten zich meer op de Nederlandse markt gaat richten. Sint-Maarten zou voor de komende zomer moeten proberen meer Nederlanders te interesseren voor een bezoek, zo stellen ze.

‘We Are Open’
Toerisme-minister Lawrence wijst op de ‘We Are Open’-campagne die vorige maand is gestart. Die moet er onder meer voor zorgen dat meer mensen zijn eiland bezoeken. “De Covid-beperkingen zijn versoepeld en vanaf 16 maart zijn we volledig heropend.” Hij verwacht dat deze campagne voor de rest van 2022 positieve gevolgen zal hebben op de toerisme-cijfers.

Blijf op de hoogte van de belangrijkste updates van de eilanden. Abonneer dan net als anderen ook op de nieuwsbrief van Caribisch Netwerk.