Foto: Sharina Henriquez

ORANJESTAD – De tweede fase voor het opstarten van de Arubaanse raffinaderij ligt voorlopig stil. De onzekerheid in Venezuela en de onlangs aangescherpte Amerikaanse sancties maakt het moeilijk voor exploitant Citgo Aruba om aan financiering te komen, zegt de eigenaar, Refineria di Aruba.

Tekst gaat verder onder de video
Door Sharina Henriquez

Aruba wist echter toen ze in 2016 Citgo Aruba als nieuwe exploitant van de raffinaderij binnenhaalde dat er problemen zouden komen. Dit vanwege Citgo’s Venezolaanse moederbedrijf PdVSA en de politieke situatie in het thuisland. Het was dan geen grote verrassing dat bijvoorbeeld de Verenigde Staten sancties ging opleggen.

Meer samenwerking met Venezuela

De inhuldiging van de nieuwe exploitant van de raffinaderij, oliemaatschappij Citgo Aruba, op 7 oktober 2016 zou ook een eerste stap zijn naar een veel hechtere economische samenwerking tussen Aruba en Venezuela.

Op 28 januari zijn die sancties weer aangescherpt voor PdVSA. De Verenigde Staten wil namelijk niet dat verdiensten van Citgo in de zak van de regering-Maduro verdwijnen. Die moeten gaan naar de gesteunde interim-president Juan Guaido. Daarom moet alles wat Citgo verdient, gestort worden op een geblokkeerde rekening. En dat treft dus ook Citgo Aruba.

Directeur van Refineria di Aruba Alvin Koolman zegt dat de Arubaanse premier er alles aan probeert te doen om de Amerikanen te overtuigen dat er geen geld naar PdVSA meer gaat. Sinds eind januari is er geen enkele contact meer met de door Maduro geplaatste PdVSA-mensen op Aruba en de laatste vertrekt deze maand terug naar Venezuela.

Er werken ongeveer 300 mensen nu in de raffinaderij, van wie de helft in dienst en de rest op contractbasis. Het zijn vooral vier bedrijven met contracten die onder de sancties en geldstop lijden, zegt Koolman. Arbeiders daarvan moeten noodgedwongen thuiszitten.

Wilde staking
Vakbond IOUWA (Independent Oil Workers Union of Aruba) dreigde deze week om het werk neer te leggen vanwege gebrek aan communicatie over de situatie in de raffinaderij, ook vanuit de overheid. Zo’n staking zou ook gevolgen hebben voor vliegtuigen want er zou dan geen brandstof meer worden aangeleverd, aldus de vakbond.

Koolman noemt die oproep ‘onverantwoordelijk’ want het is zeker niet zo dat Aruba door zo’n staking helemaal plat gaat. “Een wilde staking is ook gevaarlijk juist nu financiering nodig is om de tweede fase te laten doorgaan.”

‘Daarom erkende Curaçao Guaido eerder als interim-president dan Nederland’ – Alvin Koolman, directeur van Refineria di Aruba

In maart wordt duidelijk hoeveel de tweede fase moet gaan kosten en hoeveel personeel ervoor nodig is. Het is de bedoeling dat in 2020 de raffinaderij als upgrader van Venezolaanse ruwe olie weer opengaat. En Koolman twijfelt daar niet aan, ondanks de huidige onzekerheid.

“Venezuela heeft Aruba nodig om haar plannen voor olie en gas te realiseren.” Dat geldt ook voor Curaçao zegt hij. “Daarom zag je ook dat de Curaçaose premier Guaidó eerder als iterimpresident erkende dan Nederland. Vanwege de belangen van de raffinaderij daar.”