Hoe Ange Jessurun met ‘Faya Lobi’ een vergeten geschiedenis tot leven brengt

Foto: Archief Ange Jessurun

Toen Ange Jessurun begon met het schrijven van ‘Faya Lobi’, was haar doel helder: de verhalen van haar familie vastleggen voordat ze verloren zouden gaan. Wat ze niet had voorzien, was hoe haar boek niet alleen een eerbetoon zou worden aan haar voorouders, maar ook een brug zou slaan tussen generaties, culturen en continenten. “Ik wilde gewoon opschrijven wat ik wist, maar wat er daarna gebeurde, heeft mijn stoutste dromen overtroffen,” zegt Jessurun met een glinstering in haar ogen.

De vurige liefde achter de titel
De titel Faya Lobi – zowel de naam van een bloem als een Surinaamse uitdrukking voor vurige liefde – is met zorg gekozen. Voor Jessurun staat het symbool voor de onvoorwaardelijke liefde die ze bij haar ouders en voorouders heeft gezien. “Het is een liefde die alles overstijgt,” legt ze uit. “Net zoals de bloem zowel in Suriname als op Curaçao dezelfde naam draagt, symboliseert het voor mij de verbinding tussen mijn ouders en hun roots.”

Maar Faya Lobi is meer dan een bloem of een mooie metafoor. Het is een ode aan de kracht van familie, aan de pijn van het verleden en de hoop voor de toekomst. “Het verhaal van mijn familie is een mozaïek van culturen en geschiedenissen. Het is onze waarheid, en ik wilde dat delen,” zegt Jessurun.

Een geschiedenis van veerkracht en tegenstrijdigheden
Het verhaal begint bij Jessuruns Chinese overgrootvader, die op weg naar Suriname zijn naam verwisselde om niet te hoeven werken op een plantage met zwarte arbeiders. Het lot had echter andere plannen: hij trouwde met een vrijgekochte zwarte vrouw. “Die ironie fascineerde me. Het is een verhaal van vooroordelen die worden doorbroken, van liefde die sterker is dan afkomst,” vertelt Jessurun.


Foto Archief Ange Jessurun

Haar onderzoek bracht haar langs pijnlijke maar belangrijke waarheden over slavernij en kolonialisme. “Ik ontdekte dat mijn familie aan beide kanten stond van de geschiedenis: zowel als afstammelingen van tot slaaf gemaakten als van plantage-eigenaren. Het was confronterend, maar ook helend,” vertelt ze. “Het boek werd mijn manier om die verhalen eer te bewijzen.”

Van klaslokalen tot bibliotheken: een onverwachte reis
Sinds de publicatie in 2022 heeft Faya Lobi een leven gekregen dat Jessurun nooit had verwacht. Het boek wordt gelezen in klaslokalen op Curaçao, Sint-Maarten, Suriname en Nederland. Kinderen schrijven gedichten, maken kijkdozen en voeren toneelstukken op gebaseerd op het verhaal. “Ik had nooit gedacht dat mijn boek kinderen zou inspireren om zo creatief te zijn,” zegt Jessurun met trots. “Het laat zien hoe belangrijk het is om je eigen verhaal te kennen.”

Ook buiten het onderwijs heeft Faya Lobi zijn weg gevonden. Dankzij een samenwerking met Biblion is het boek beschikbaar in openbare bibliotheken in Nederland. Jessurun lacht wanneer ze terugdenkt aan het moment dat ze hoorde dat het ‘Boek van de Maand’ werd op Bonaire. “Het is overweldigend. Het voelt alsof mijn voorouders met me meereizen en het verhaal steeds verder verspreiden.”

Verhalen die de ziel raken
Wat Faya Lobi zo bijzonder maakt, is de manier waarop Jessurun de moeilijke onderwerpen van slavernij en kolonialisme toegankelijk maakt. “Ik wilde geen boek schrijven dat met een beschuldigende vinger wijst,” legt ze uit. “Mijn doel was om verhalen te delen die verbinden en ons laten nadenken over wie we zijn en waar we vandaan komen.”

Die boodschap slaat aan. Lezers delen hun ervaringen met Jessurun, en haar verhaal blijft nieuwe harten raken. “Op Sint-Maarten kwam een student naar me toe die me vroeg naar de betekenis van Faya Lobi. Hij zei dat het boek hem aan het denken had gezet over zijn eigen familie. Dat zijn de momenten waarvoor ik schrijf,” zegt ze.

Een missie zonder einde
Voor Ange Jessurun is Faya Lobi pas het begin. Ze werkt aan een handleiding voor docenten om het boek in de klas te gebruiken en heeft plannen voor een tweede boek. “Er zijn nog zoveel verhalen te vertellen,” zegt ze. “Mijn familiegeschiedenis is een schatkist, en ik voel me geroepen om die rijkdom te delen.”