Betaalbaar internet, online overheidszaken regelen en een e-wallet. Dat zijn voorbeelden waarmee het Nederlandse kabinet gaat helpen bij de overgang van Caribisch Nederland naar een digitale samenleving.
“Burgers en bedrijven in Caribisch Nederland moeten gelijkwaardig mee kunnen doen in de digitale samenleving. Dat is nu vaak nog niet het geval”, zegt staatssecretaris Alexandra van Huffelen (Koninkrijksrelaties). “De overheidsdienstverlening is nog niet optimaal ingericht en de digitale overheid staat in de kinderschoenen.”
Zo gebeurt nog teveel op papier en moeten de mensen vaak naar de overheidsloketten toe gaan. “Dit is tijdrovend en foutgevoelig. Wat al wel digitaal geregeld kan worden, gebeurt nog niet altijd met veilige inlogmiddelen”, schrijft Van Huffelen ook in haar plan aan de Tweede Kamer.
‘Eén op de vijf is digibeet’
Ze mikt op 2030 dat Caribisch Nederland mee kan op gelijke voet. Hiervoor komt ook meer onderwijs om de inwoners van de eilanden meer digitale vaardigheden te leren. Want 1 op de 5 burgers blijkt niet digivaardig.
Ook moeten meer mensen toegang tot internet krijgen: 85 procent van de Caribische huishoudens is aangesloten tegenover 92 procent in Nederland. Vooral op de kleine eilanden Saba en Sint-Eustatius ervaren de inwoners internet als ‘duur, langzaam en instabiel’.
Een groot begrip digitalisering. Wat gaat de burger hier op korte termijn van merken?
“Dingen zoals online belastingen, of aanvragen voor subsidies, zullen makkelijker gaan, omdat mensen een burgerservicenummer krijgen. Ook Caribische studenten die in Nederland studeren, zullen sneller een BSN-nummer krijgen. Zo wordt voorzieningen aanvragen voor hen ook makkelijker.”
“Verder zullen we volgend jaar een digitale datakluis ontwikkelen, een zogenoemde e-wallet waar mensen zich mee kunnen identificeren”, vervolgt Van Huffelen. “Dit bevat niet alleen je paspoort en rijbewijs, maar bijvoorbeeld ook je verzekeringsgegevens.”
Er zijn mensen die horen digitalisering en die denken: oh jee, wat betekent dit voor mijn baan?
“Ik denk dat ik die vraag heel goed begrijp, want dat is iets wat mensen zich vaak afvragen als er wordt gesproken over plannen voor digitalisering”, reageert de staatssecretaris.
“Voorlopig is het zo dat er op heel veel plekken op de wereld eerder een tekort is aan arbeidskrachten dan dat het er te veel zijn. Maar het idee is om echt te investeren in opleidingen en omscholing. Het is zeker niet de bedoeling dat mensen ineens thuis zitten.”
In Europees-Nederland heb je allerlei instanties die helpen met online veiligheid. Voor bijvoorbeeld het veilig opslaan van persoonsgegevens. De eilanden zijn nog niet zo ver en daardoor kwetsbaarder. Hoe lost u dit op?
“De digitale wereld kent heel veel nare kanten. Of het nou gaat om mensen die appjes krijgen zogenaamd van hun kind om geld af te troggelen, cyberaanvallen, of verkeerde informatie”, beaamt Van Huffelen.
“Van aanvallen weten we dat ze steeds vaker voorkomen. Daarom kijk ik samen met de eilanden wat er nodig is om ons hier het beste tegen te beschermen én wat je doet in het geval van een aanval. In eerste instantie willen we dat opzetten voor de publieke sector.”
Hoe wordt ervoor gezorgd dat mensen meer vertrouwen krijgen in digitalisering?
“We gaan daar samen met de BES-eilanden een programma voor maken. Ook moet er lokaal worden georganiseerd dat mensen voor vragen terecht kunnen op een plek die voor hen vertrouwd is. In Nederland is dat de bibliotheek, maar dat kan ook een buurthuis zijn.”
Groeifonds voor de andere eilanden
De plannen gelden in eerste instantie voor de BES-eilanden. Voor de zelfstandige landen Aruba, Curaçao en Sint-Maarten komt een groeifonds voor digitalisering. De ambitie van het kabinet is dat uiteindelijke alle landen in het Koninkrijk overgaan naar een gelijkwaardige, digitale samenleving.