Foto: Marit Severijnse

KRALENDIJK – “Door de veranderde status van het Papiamentu en dat Nederlands op Bonaire een vreemde taal is, zal er veel moeten en gaan veranderen’’, zegt taalcoördinator Alyn van Rij. Samen met twee andere taalcoördinatoren buigt ze zich over de rol van het Papiamentu op scholen en hoe dit in verhouding moet staan tot andere talen.

Tekst gaat verder onder de video:

Door Marit Severijnse

“Aan ons de taak om al deze veranderingen te coördineren en samen te komen tot taalonderwijs waar alle leerlingen, met welke taalachtergrond dan ook, zich in thuis voelen en tot hun recht komen.’’

In maart is het Papiamentu officieel erkend als taal. Diezelfde periode zijn de taalcoördinatoren begonnen met de opdracht om het taalniveau in zowel Papiamentu als Nederlands op basisscholen en middelbare scholen te verbeteren.

“Wij zijn nu in de opstartfase. Helaas heeft dit door Covid-19 langer geduurd, maar inmiddels zijn we gestart met een aantal projecten.’’ Zo wordt er gewerkt aan het ontwikkelen van een referentiekader Papiamentu en voortgangstoetsen. “Eind juni hopen we concretere plannen voor de komende twee jaar te kunnen presenteren.’’

Rol Papiamentu op school
“We willen graag dat onze kinderen het goed beheersen en goed voorbereid zijn op Papiamentu als vak op de middelbare school’’, vertelt Dailisa Ignacio. Ignacio is vakdocent Papiamentu op basisschool de Pelikaan en merkt dat er veel verschil is in niveau. “We hebben allerlei nationaliteiten op school, dus voor de een is het makkelijker dan de ander. Maar we hebben ook meegedaan met een groot dictee Papiamentu en de voorleeswedstrijd.’’ Toch merkt ze ook dat niet alle kinderen even gemotiveerd zijn om het te leren. “Vaak komt die demotivatie vanuit huis, omdat ze bijvoorbeeld maar een jaartje op het eiland blijven.’’

Liefst een combinatie van instructietalen
Hoewel Ignacio een prominente rol voor het Papiaments belangrijk vindt, zou ze niet zo snel het Papiamentu als instructietaal verkiezen boven een andere taal. “Natuurlijk kunnen kinderen zich beter ontwikkelen in hun moedertaal, maar ik denk dat we onze kinderen moeten uitdagen. Ik vind dat er naast Papiamentu nog een andere taal moet staan. Op Aruba zijn ze ook een pilot begonnen met meertaligheid.’’

Groep-7 juf, Liesbeth Luider, deelt deze mening. “Moet dat Nederlands zijn? Dat kan ook altijd nog een discussie zijn. Maar zorg dat je het Engels, Nederlands of Spaans machtig bent als je ergens anders wilt studeren.’’

Ignacio denkt dat de keuze voor de instructietalen bij ouders en de scholen moet liggen. Onderwijsassistent bij de kleuters, Elsmarie Boekhoudt, denkt juist dat eenheid belangrijker is. “Ik denk dat alle scholen hetzelfde moeten hebben. Dat vind ik altijd beter.’’

Meer aandacht voor het Papiamentu
Ignacio hoopt dat er meer aandacht kan komen voor het Papiaments. “In plaats van 2 keer per week les, misschien 3 keer.’’

Luider denkt dat een vaste samenwerking tussen een lokale onderwijsassistent en een Nederlandse juf of meester goed werkt. “Elke jaar komen er weer nieuwe juffen en meesters uit Nederland. Die zijn altijd gewillig om het Papiaments te leren, maar dat kost tijd.’’ Zelf vindt ze de samenwerking met haar lokale onderwijsassistent prettig. “Als kinderen zich niet kunnen uiten, of als ze mij niet snappen, dan kan zij daarbij helpen. Dat is iets wat je gelijk in kan zetten.’’

Het RK-schoolbestuur, waar de katholieke scholen onder vallen, was niet bereikbaar voor commentaar.