Foto: John Samson

DEN HAAG –  Worden politieke ruzies tussen Nederland en de eilanden straks door een rechter opgelost? Het plan is er al jaren, maar de Nederlandse regering ligt dwars, ziet professor Gerhard Hoogers.

Parlementsleden van Aruba, Curaçao en Sint-Maarten zijn deze week bij hun collega’s in Den Haag voor drie dagen overleg. Ook de geschillenregeling komt aan bod: het plan voor een onafhankelijke rechter die beslist welk land gelijk heeft als er ruzie is tussen bijvoorbeeld Nederland en Aruba.  

Professor Gerhard Hoogers (Staatsrecht), verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen, volgt de juridische ontwikkelingen in het Koninkrijk op de voet. Dit zijn de vijf dingen die je moet weten over het plan voor een geschillenregeling.

Waarom worden ruzies tussen Den Haag en de eilanden nu niet makkelijk opgelost?
“Als er een aanwijzing komt vanuit Den Haag, kunnen de autonome eilanden moeilijk in beroep gaan tegen de beslissing. Misschien hebben ze wel gelijk, maar Nederland heeft nog altijd het laatste woord. Vroeger betekende het vooral dat Nederland het er dan een beetje bij liet zitten als de eilanden bezwaar maakten. Tegenwoordig betekent het dat Nederland vaak een soort van powerplay toepast.”

En waarom niet gewoon naar de rechter stappen? Dat doen de gemeenten in Nederland toch ook als ze overhoop liggen met het rijk?
“Net als alle Nederlandse gemeenten en provincies, kunnen de bijzondere gemeenten Bonaire, Saba en Sint-Eustatius naar de  Raad van State stappen om naar hun problemen met het Rijk te laten kijken. De idiote situatie is dat zij allemaal wel naar de hoogste bestuursrechter kunnen stappen, maar dat de constitutioneel autonome landen Aruba, Curaçao en Sint-Maarten dat niet kunnen.”

“Vorig jaar heeft oud-minister Ronald Plasterk een wetsvoorstel naar de Raad van State gestuurd voor advies. Je kunt gerust aannemen dat er dingen in dat advies staan die de regering in Den Haag niet zo prettig vindt. Het advies blijft geheim zolang de regering het niet doorstuurt naar de Tweede Kamer. Ook in 2011 heeft de Nederlandse regering advies gevraagd, maar ook dat is nog altijd geheim gebleven.”

Wat voor belang heeft de Nederlandse regering dan om het advies, dat al is gegeven op het plan, geheim te houden?
“Het idee van zo’n geschillenregeling is om met een soort onafhankelijke rechter te komen, die de knoop kan doorhakken wanneer er ruzie is. De eilanden zouden dan potentieel een gelijkwaardiger positie krijgen ten opzichte van Nederland.”

“De Hoge Raad zou dus het laatste woord krijgen. Het zou er denk ik wel toe leiden dat een geschil veel minder politiek opgelost wordt. Dat zou dus kunnen betekenen dat Aruba, Curaçao en Sint-Maarten vaker gelijk krijgen. Het betekent dat Nederland de regie uit handen geeft. En dat ziet de Nederlandse regering niet zitten.”

De Nederlandse regering moet het plan nog naar het parlement sturen, zodat het eindelijk ingevoerd kan worden. Maar dat gebeurt niet: staatssecretaris Raymond Knops (Koninkrijksrelaties) zegt dat het ‘geen prioriteit’ heeft. Is er sprake van politieke onwil?
“Het geschil over de geschillenregeling duurt al bijna acht jaar. De Nederlandse regering koerst eigenlijk sinds 2011 steeds op een regeling waarin het uiteindelijk niet een onafhankelijke rechter is die het laatste woord heeft. Terwijl Aruba, Curaçao en Sint-Maarten heel sterk aandringen op een situatie waarop dat wel zo is. Zij willen heel graag dat de Hoge Raad dat gaat doen. In die zin is het misschien wel onwil van de Nederlandse kant, ja.”

Wanneer komt die geschillenregeling er dan wel?
“Het grappige is dat het geschil over de geschillenregeling eigenlijk vooral een geschil tussen regeringen is. De parlementen van het Koninkrijk zijn het heel aardig eens.”

“Maar wat ik dus ook opvallend vind, is dat geen van de Tweede Kamerfracties het kennelijk ook de moeite waard vindt om dan bijvoorbeeld met een initiatiefwet te komen. Misschien uit angst dat de regering er niet aan wil, dat het uiteindelijk niet door de regering getekend zal worden.”

“De Raad van State heeft in zijn jaarverslag overduidelijk laten blijken dat de Raad erg ongelukkig is met de houding van de Nederlandse regering. Het is zeer opmerkelijk dat ze zeggen: ga aan de bak. Maar de Nederlandse regering lijkt zich ook daar weinig van aan te trekken tot nu toe.”

Reactie Nederlandse regering

Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties laat weten dat het advies van de Raad van State nog binnen het kabinet besproken wordt, maar wilde niet op de vraag ingaan of en wanneer dat advies openbaar gemaakt wordt.

Eerder maakte staatssecretaris Raymond Knops (Koninkrijksrelaties) duidelijk dat de geschillenregeling voor hem geen prioriteit heeft, vanwege de wederopbouw op de Bovenwinden en de Venezuela-crisis.