Honorable Prime Minister Sarah Wescot-Williams

Het kabinet Wescot-Williams heeft veel te verduren gehad sinds 10-10-10

PHILIPSBURG – Drie jaar geleden werd Sint Maarten een land in het Koninkrijk. Het heeft niet geleid tot een zuiverdere politieke cultuur.

 
Vanaf het begin wordt het jonge land achtervolgd door schandalen en crisis. Voorlopig dieptepunt is de instructie van de Rijksministerraad aan gouverneur Eugène Holiday om een integriteitsonderzoek te doen uitvoeren.

 
In december 2010 kwam het schandaal aan het licht dat minister van Volksgezondheid, Sociale Zaken en Arbeid, Maria Buncamper-Molanus, tot opstappen dwong: samen met haar man Claudius had de minister het economisch eigendom van een stukje erfpachtgrond voor drie miljoen verkocht dollar aan het nepbedrijf Eco-Green NV.

 
Beschuldigingen
In januari 2011 bleek dat een onderzoek naar stemfraude, nog daterende van voor 10-10-10, was vastgelopen. Daar waren enkele politieagenten bij betrokken. Dit onderzoek is nooit voor de rechter gebracht. In april volgt het ontslag van Bas Roorda, hoofd van de afdeling Financiën. Roorda stapt naar het Openbaar Ministerie met beschuldigingen over verduistering bij het toeristenbureau door onder meer directeur Regina Labega en de voormalige gedeputeerde voor Toerisme Frans Richardson. Met dit onderzoek gebeurt niets. Labega wordt later benoemd tot directeur van de luchthaven en Richardson blijft gewoon lid van het parlement.

 
In de nacht van 27 op 28 april 2012 brengen de parlementariërs Romain Laville, Patrick Illidge en Frans Richardson het eerste kabinet Wescot-Williams ten val. Theo Heyliger – leider van the UP en de grootste stemmenwinner – verliest daardoor zijn post als minister van Volkshuisvesting. Twee weken later wordt het tweede Wescot-Williams kabinet ingezworen.

 
In juni bedreigt onafhankelijk parlementslid Romain Laville zijn voormalige fractiegenoot Jules James met de dood. James dient een klacht in, maar van het onderzoek wordt niets meer vernomen. Het parlement verkiest Laville gewoon tot haar eerste vicevoorzitter.

 

Ronald Duncan

Roland Duncan

Roland Duncan
In november blijkt uit een civiele rechtszaak dat Justitie minister Roland Duncan banden heeft met de prostitutie. De politiek reageert niet op dit nieuws en Duncan blijft gewoon op zijn post. In december wordt de voormalige minister van Financiën, Hiro Shigemoto – een schoonzoon van Duncan – opgepakt op verdenking van fraude, valsheid in geschrifte en witwassen. Nog voor de kerst wordt Shigemoto weer in vrijheid gesteld. De afwikkeling van het onderzoek heeft tot op heden niet tot een rechtszaak geleid.

 
In januari 2013 wordt Duncan in ernstige verlegenheid gebracht door berichten dat het systeem voor het managen van de grensbewaking, niet meer functioneert. De financieel toezichthouder Cft geeft een negatief advies over de ontwerpbegroting voor 2013. Uit Den Haag komen de eerste berichten over een mogelijke instructie van de Rijksministerraad.

 
In maart komt er een omkoopvideo in omloop waarop is te zien dat parlementslid Patrick Illidge geld aanneemt van nachtclubeigenaar Jaap van den Heuvel. De Landsrecherche doet huiszoekingen bij Illidge en Van den Heuvel en verhoort later ook onder meer de ministers Duncan en Pantophlet (Economische Zaken). Tot een rechtszaak is het nog niet gekomen: de betrokkenen beweren dat van omkoping geen sprake is: het ging om een lening.

 
Crisis
Ook in maart wordt de betrokkenheid van Duncan bij de prostitutiebranche blootgelegd door dagblad Today. De politiek doet niets. Duncan zegt tegen een verslaggever op Curaçao: “Waar staat dan dat ik geen bordeel mag hebben?” Begin mei valt het tweede kabinet Wescot-Williams. Romain Laville is weer een van de aanjagers van de crisis. Laville en Illidge sluiten zich aan bij de nieuwe regeringscoalitie van UP en DP. Frans Richardson zoekt zijn heil in de oppositie. Medio juni wordt het derde kabinet Wescot-Williams ingezworen.

 
Integriteitsonderzoek
In juli komt een schandaal aan het licht bij de nationale veiligheidsdienst VDSM. Daar is naar verluidt 800.000 dollar verdwenen. Het hoofd van de dienst wordt geschorst, nadere mededelingen over de zaak blijven uit. In september slaagt de regering er in een amendement voor het nog steeds niet goedgekeurde budget voor 2013 door het parlement te loodsen. De regering kondigt ook een integriteitsonderzoek door Transparency International aan. Dat blijkt niet genoeg te zijn: de Rijksministerraad draagt de gouverneur op tot het doen uitvoeren van een onafhankelijk integriteitsonderzoek.

 
Door Hilbert Haar