Ondanks kritiek vanuit VVD en CDA is staatssecretaris Alexandra van Huffelen (Koninkrijksrelaties) niet van plan om streng toezicht te gaan houden op de afspraken met Aruba, Curaçao en Sint-Maarten. “Gedwongen samenwerking is gedoemd te mislukken.”
Van Huffelen reageert op de felle aanval die zij afgelopen donderdag in de Tweede Kamer kreeg, van onder meer VVD-Kamerlid Roelien Kamminga. Zij vindt dat het ‘een moeizaam traject’ was om te komen tot de onderlinge regelingen en dat haar partij de VVD nog steeds zorgen heeft. “Helaas leert het verleden op dit dossier dat vertrouwen mooi is, maar controle is beter.”
“De landen hebben zich gecommitteerd aan het realiseren van de hervormingen. Ik ga er ook van uit dat ze dat gaan doen”, zegt Van Huffelen tegen de Caribische pers. “Als dat niet zo is, wordt het voor ons (Nederland, red.) lastig om zaken te doen. Dat geldt voor iedere zakelijke setting, zowel voor landen als bedrijven.”
‘Gratis geld’
Van Huffelen ergert zich aan de indruk die, vooral in de Nederlandse pers is gewekt, dat Nederland ‘gratis geld’ weggeeft aan de eilanden. “Dat is natuurlijk niet zo.”
Het Nederlandse kabinet heeft beloofd subsidies te geven voor projecten op de eilanden. “Maar dat gaat altijd op basis van voorwaarden, dat doet Nederland altijd.” De eilanden moeten de projecten realiseren op de manier waarop ze zeggen dat ze het gaan realiseren, aldus de staatssecretaris. Dat betekent ook dat het ‘ordentelijk financieel wordt geadministreerd’.
Hervormingen op eilanden
Op 4 april van dit jaar werden de handtekeningen van de minister-presidenten van Aruba, Curaçao en Sint-Maarten en de staatssecretaris van Koninkrijksrelaties gezet onder een Onderlinge Regeling. Daarmee is de juridische basis gelegd voor duurzame samenwerking aan de hervormingen in de publieke sector van de Caribische landen van het Koninkrijk.
Naast financiële, economische en sociale hervormingen, gaat het ook over hervormingen in het onderwijs, de zorg en het versterken van de rechtsstaat. De onderlinge regeling is in de plaats gekomen van het Coho, het Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling, waar de Caribische landen van het Koninkrijk na een lange aanloopperiode geen heil meer in zagen.
Waar het Coho een apart orgaan zou moeten worden, blijft de onderlinge regeling onderdeel van het minister van Binnenlandse Zaken. Hierbij zet, wederom, VVD-Kamerlid Roelien Kamminga vraagtekens. Want nu er geen sprake is van een onafhankelijke organisatie ‘kunnen we op onze vingers natellen dat we binnen de kortste keren tegen over elkaar staan en in eindeloze welles-nietes discussies verzanden’.
Het Nederlandse kabinet wil op een andere manier samenwerken met de eilanden, zegt Van Huffelen tegen de Tweede Kamer. “Ons uitgangspunt is: we werken op basis van vertrouwen. Ik reken erop dat de landen er alles aan doen om te zorgen dat de wereld voor hun bewoners beter wordt.”
Ze heeft eerder in een gesprek met de Caribische pers al gezegd dat ze wel verbaasd was over de negatieve beeldvorming rond de Onderlinge Regeling. Daarmee was ze, volgens eigen zeggen, al wel voorbereid op kritische vragen vanuit de Kamer.
De Wekelijkse UpdateBlijf voortaan op de hoogte over de Caribische gemeenschap. Abonneer je net als anderen op de Wekelijkse Update via deze link. |