KRALENDIJK – “Iedereen heeft verschillende meningen over wat de instructietaal moet zijn, maar ik vind dat we van de behoefte van ieder kind moeten uitgaan”, zegt Valerie Anthony, docent Papiamentu op Scholengemeenschap Bonaire (SGB).
Sinds het Papiamentu onlangs officieel als taal is erkend, wordt in het onderwijs gesproken over de rol van de taal op school en hoe dit in verhouding moet staan tot onder meer het Nederlands, wat momenteel een instructietaal is op school. “We moeten kijken wat het kind zelf wil en waar het comfortabel mee is”, vindt Anthony.
Tekst gaat verder onder de video:
Door Marit Severijnse
Nederlands als vreemde taal
Fardaileys Valentijn zit in de derde klas en vindt Engels lastiger door de Nederlandse instructietaal. “De teksten zijn in het Engels en de vragen in het Nederlands. Dan moet ik echt goed nadenken wat wat is.’’
Docent Nederlands, Cynthia Sno, vindt dat er te veel focus ligt op het Nederlands als instructietaal. “Het moet een combinatie worden van talen.’’ Sno laat de leerlingen vaak dingen vertalen naar hun moedertaal. “Dan zeg ik; kunnen jullie even in het Papiaments en in het Spaans uitleggen aan de klas wat juffrouw verteld heeft? Kinderen leren ook spontaner van elkaar.’’
Julienne Nicolaas zit in het tweede jaar en zou meertaligheid een goed idee vinden. “Zo kun je beter begrijpen wat je bijvoorbeeld in een toets moet doen.’’
Alyn van Rij richt zich als een van de taalcoördinatoren de komende tijd op de vraag: “Hoe kunnen we Nederlands aanbieden als vreemde taal in plaats van moedertaal?’’ Dat begint al bij de leerstof. “De Nederlands boeken gaan er te veel vanuit dat de taalgebruiker wel weet hoe het zit. Ook worden leerlingen vaak beoordeeld op dingen die afhankelijk zijn van het Nederlands en dat is heel akelig.’’
Bonairiaanse context
Daarnaast richten de taalcoördinatoren zich op het leuker maken van de Nederlandse lessen. “Naast het feit dat de methode Nederlands niet klopt, hebben leerlingen een aversie tegen Nederlands. Een gemiste kans,’’ zegt van Rij.
Zo moet er in de Nederlandse les meer aandacht zijn voor een Bonairiaanse context. “Bij een tekst over merchandise van de FEBO, moet ik eerst uitleggen wat de FEBO is,’’ vertelt docent Nederlands Linda de Veer. “De FEBO kan ik nog vergelijken met de snackbar hier, maar waar begin je bij een verhaal over een uil in de Koen tunnel?’’
Sno merkt dat de leerlingen beter scoren wanneer zij zelf de teksten maken. “Bijvoorbeeld over de kustwacht. Dat kennen ze.’’ Maar dit kost tijd. “We blijven tot laat na school en we rouleren.’’
Uniform beleid lastig
De komende tijd vinden er gesprekken plaats tussen de taalcoördinatoren en het SGB over de talen op school. “We zien al zo lang dezelfde problemen. Nu is het moment om iets te doen,’’ zegt taalcoördinator en docent Nederlands Lucretia Leming.
Het bereiken van een uniform taalbeleid is volgens van Rij wel lastig. “Je hebt natuurlijk verschillende niveaus op het SGB. Ook hebben ze daardoor weer andere dingen nodig voor verdere studie, of werk. Daar moet je eerst naar kijken.’’
Maar met een referentiekader Papiamentu wordt straks wel in de wet beschreven waar scholen aan moeten voldoen. “Dat is naar verwachting in augustus af.’’ Dan start ook een onderzoek op de basisscholen. “Wij gaan in de klas kijken hoe er omgegaan wordt met taal; worden woorden uitgelegd, worden leerlingen verbeterd, etc. Dat bespreken we met de schoolbesturen en vanuit daar kijken we verder”, zegt van Rij.
Erkenning Papiamentu zorgt ook voor veel veranderingen onderwijs Bonaire“We willen graag dat onze kinderen het goed beheersen en goed voorbereid zijn op Papiamentu als vak op de middelbare school’’, vertelt Dailisa Ignacio. Ignacio is vakdocent Papiamentu op basisschool de Pelikaan en merkt dat er veel verschil is in niveau. “We hebben allerlei nationaliteiten op school, dus voor de een is het makkelijker dan de ander. Lees meer via deze link. |