DEN HAAG – Tweede Kamerleden reageren met verbazing en Kamervragen op een ‘dreigement’ richting Nederlandse militairen door politicus Clyde van Putten (PLP) van de Caribische gemeente Sint-Eustatius. Het eilandraadslid zei dat ‘ze’ de militairen op Sint-Eustatius ‘zullen vermoorden en verbranden in de straten van Sint-Eustatius’.
“Ik zei het tegen de minister [Plasterk, red.] met mijn vinger wijzend voor zijn neus”, aldus Van Putten tijdens een conferentie over autonomie en onafhankelijkheid van de Curaçaose pressiegroep KFO. Verschillende eilandbewoners in het Nederlands Koninkrijk uitten tijdens dat congres hun ongenoegen over de manier waarop Nederland met de eilanden omgaat. Maar Van Putten heeft volgens Tweede Kamerleden ‘echt de grens overschreden’.
Kamervragen
“We zijn wel wat gewend van de heer Van Putten, maar hier gaat hij echt een grens over”, zegt Ronald Van Raak (SP). “Dit is dreigen met geweld, om mensen te vermoorden en te verbranden.”
Van Raak heeft namens de SP schriftelijke Kamervragen gesteld aan demissionair minister Plasterk. De SP wil weten of dat gesprek inderdaad heeft plaatsgevonden zodat er aangifte kan worden gedaan. “Als het waar is moeten we aangifte doen, omdat een grens wordt overschreden. Omdat hier een vooraanstaand politicus op het eiland dreigt met afschuwelijk geweld.”
‘Schande’
Ook de VVD is woedend en laat weten de Kamervragen van de SP te steunen. “Het is echt een schande, zo gaan we niet met elkaar om. Dat zijn bestuurders die alleen zichzelf denken en op die manier denken dat ze stoere taal tegen Nederland kunnen gebruiken”, aldus André Bosman (VVD). “Ik vind dat er aangifte moet worden gedaan. De militairen doen gewoon hun werk.”
Veiligheid militairen
De SP weten of er aanwijzingen zijn dat militairen niet veilig zijn op het eiland. ‘Deelt u de zorgen van de mensen op Sint-Eustatius die wel blij zijn met de hulp en ondersteuning vanuit Europees Nederland? Kunt u deze landgenoten geruststellen dat de Rijksoverheid zich niet laat chanteren door lokale politici die dreigen met geweld?’