Curaçao blijft worstelen met wetgeving rond overleden baby’s: “We willen dat elk kind een naam krijgt”

Foto: Archief Our Angels Journey Foundation

Curaçao kleurt in oktober roze en blauw. De Pontjesbrug, verschillende bedrijven en zelfs de luchthaven doen mee aan de Pink and Blue Campaign van Our Angels Journey Foundation Curaçao, die dit jaar voor de vijfde keer georganiseerd wordt. Voor oprichter Farièle van Wilgen-Trinidad is het elk jaar weer een maand vol herinneringen en strijd: de strijd om erkenning voor alle kinderen die tijdens de zwangerschap of vlak na de geboorte overleden zijn.

“Het is een te hoge drempel”
Wie op Curaçao een levenloos geboren kind verliest, moet nog altijd een zwaar traject doorlopen, ook al heeft de stichting juridisch al een zaak en dus een jurisprecedent gewonnen. Ouders moeten eerst naar het gemeentehuis voor een akte, daarna met die papieren naar het Hof van Justitie en soms zelfs voor de rechter verschijnen voordat hun kind officieel een naam mag krijgen.

“Het is een te hoge drempel,” zegt Van Wilgen-Trinidad. “Niemand zou door zo’n bureaucratisch doolhof moeten gaan in zo’n kwetsbare tijd.
“Wat geeft ons niet het recht om een kind een naam te geven?” Samen met haar man verloor Van Wilgen-Trinidad jaren geleden hun dochter Imani. Sindsdien zet ze zich in om de wet te veranderen. “Na het winnen van de rechtszaak hebben wij onze dochter al erkend en geregistreerd. Maar ik doe dit voor andere ouders, voor Curaçao. Zodat niemand ooit meer hoeft te vechten voor iets wat vanzelfsprekend zou moeten zijn: een naam voor je kind.”


Het Curaçaose parlement heeft vorig jaar unaniem ingestemd voor het wijzigen van de wet. Foto’s Archief Our Angels Journey Foundation

De stichting strijdt al vijf jaar voor een wetswijziging, maar het dossier blijft liggen. “Er is contact geweest met het ministerie van Gezondheid, Milieu en Natuur (GMN), maar sindsdien is de regering veranderd en lijkt het onderwerp van de agenda verdwenen. We wachten nu al maanden op één handtekening van GMN. Zonder die kan de wet niet verder in behandeling worden genomen.”

Vaders buitengesloten
Een belangrijk punt waar de stichting aandacht voor vraagt, is dat ongehuwde vaders hun overleden kind juridisch niet kunnen erkennen. “Veel mensen denken dat het verlies vooral de moeder raakt, omdat zij het kind draagt. Maar vaders bereiden zich ook voor. Ze sparen, maken plannen en dromen over hun kind. En als dat kind overlijdt, staan ze nergens geregistreerd als vader. Dat doet pijn. Mijn eigen man stond destijds nergens genoteerd als vader van onze dochter. Dat kan toch niet,” zegt Van Wilgen-Trinidad.

Volgens Van Wilgen-Trinidad heeft het verlies van een kind vaak een grote impact op een gezin. “Veel koppels raken elkaar kwijt, omdat ze niet weten hoe ze samen met het verdriet moeten omgaan,” zegt ze. “Het ontbreken van wettelijke erkenning maakt dat gemis alleen maar zwaarder, omdat ouders het gevoel hebben dat hun kind officieel niet heeft bestaan.”

Taboe en stilte
Naast het juridische probleem is er ook het maatschappelijke taboe. “Mensen praten liever niet over pijn. In onze cultuur wordt gedacht: geef het geen naam, dan doet het minder pijn. Maar juist daardoor dragen mensen dat verdriet hun hele leven mee,” zegt Van Wilgen Trinidad.

Tijdens de herdenkingswandeling, wat dit jaar onderdeel was van de campagne, sprak ze een vrouw van tachtig van wie de baby vijftig jaar geleden overleed. “Ze zei: ‘Eindelijk heb ik rust, nu ik mijn kind een naam heb kunnen geven.’”

Hoop op verandering
Tijdens het jaarlijkse seminar Together We Care, dat op 13 oktober voor de derde keer wordt georganiseerd door Our Angels Journey Foundation Curaçao, hoopt de stichting opnieuw de aandacht van politici en juristen te trekken. “Nederland en België hebben ook hun tijd nodig gehad,” zegt Van Wilgen-Trinidad. “Maar wij moeten ergens beginnen. Het is tijd dat Curaçao dit recht ook toekent aan ouders die hun kind verloren zijn.”

Terwijl de brug in de avond roze en blauw oplicht, blijft Van Wilgen-Trinidad hoopvol. “Ik doe dit niet voor mezelf, maar voor de toekomst. Elk kind verdient een naam.”