De Curaçaose topschutter Philip Elhage (40) wil in 2024 vlammen op de Olympische Spelen in Parijs. Daar heeft hij alles voor over. Dus beslist hij om voor de tweede keer voor Aruba uit te komen.
Curaçaose topsporters met Olympische ambities zoals Elhage, pakken hun kans en sluiten zich aan bij het Arubaanse of Nederlandse team. Curaçao wordt als land niet erkend door het Internationaal Olympisch Comité (IOC). Aruba wel.
“Eigenlijk was het geen moeilijke beslissing. Het was of Aruba, of Nederland, of stoppen met schieten op hoog niveau.”
Hij kiest in 2016 voor Aruba. Dat zorgt voor een minder grote verandering in zijn persoonlijke leven dan de oversteek naar Nederland. “Ik heb me op Curaçao gesetteld met mijn partner. Hier heb ik mijn werk.”
Schietsport is geen vetpot
Elhage behoort tot de wereldtop in zijn discipline; 10 meter luchtpistool. Maar van zijn sport kan hij niet leven. Een parttimebaan als IT-specialist is goed te combineren met zijn bestaan als topsporter en twintig uur training per week.
Met de steun van Aruba kan hij aan internationale toernooien meedoen. In januari stond hij in Europa nog vijf keer in een finale. “Dat geeft een speciale spanning. Ik heb tijdens die trip veel ervaring opgedaan.”
Elhage schiet zich omhoog naar plek 65 op de Olympische wereldranglijst. “Het is nog niet waar ik wil zijn, maar goed genoeg om naar de Spelen te kunnen.”
Tweevoudig Olympiër Philip Elhage (40) deed twee keer mee aan de Olympische Spelen op het onderdeel 10 meter luchtpistool. • 2008 – Beijing, voor de Nederlandse Antillen. Resultaat: nummer 45. • 2021 – Tokio, voor Aruba. Resultaat: nummer 35. |
Alle onkosten worden vergoed door het Arubaanse Olympisch Comité. Van kogeltjes en wapenonderdelen tot vliegtickets en het verblijf in hotels. En, heel belangrijk, hij werkt sinds 2019 met ervaren, buitenlandse coaches.
De nieuwe coaches eisen een doelgerichte training. Wat ging goed, wat moet anders of beter? “Een reeks goede schoten is even gevaarlijk als een slechte serie. Het gaat erom dat je in het moment blijft. Dat lukt me nu pas echt.”
Elhage heeft zich verzekerd van een plek in het Olympisch team van Aruba. Hij moet wel vormbehoud tonen en gaat een paar keer per jaar voor een medische keuring naar het eiland.
Escape-route zonder garanties
Philip Elhage beseft dat de escape-route via Aruba geen garanties geeft. “Een land moet jou wel accepteren. Als Aruba zelf genoeg goede schutters had, zouden ze mij waarschijnlijk geen kans hebben gegeven.”
Rignaal ‘Jean’ Francisca, voorzitter van de Curaçaose sportfederatie FDOK, heeft alle begrip voor sporters als Elhage. Hij heeft wel moeite met atleten die al eerder in hun carrière voor een ander land kiezen.
Meer weten:Waarom Curaçao niet erkend wordt door het Internationaal Olympisch Comité |
De FDOK-voorzitter vindt dat jonge sporters op alle belangrijke toernooien kunnen uitkomen voor Curaçao. Francisca noemt als voorbeeld de Zuid-Amerikaanse Spelen (Odesur) en de Centraal-Amerikaanse en Caraïbische Spelen (CAC). “Curaçao kan als land alleen niet meedoen aan de Olympische Spelen en de Pan-Amerikaanse Spelen.”
IOC-miljoenen misgelopen
Feit is dat de Curaçaose sportwereld ‘miljoenen guldens’ van het IOC misloopt. De Curaçaose voetbalbond FFK kan nog terugvallen op de rijke internationale federatie Fifa. Die luxe hebben de kleine Curaçaose bonden niet.
De sportfederatie vraagt jaarlijks vier miljoen gulden subsidie. De overheid betaalt in werkelijkheid maar 15 procent van dat bedrag. “Veel te weinig om de kosten van onze leden te dekken”, zegt Francisca.
Het ligt niet voor de hand dat Curaçao nog erkend wordt door het IOC. “Dan moet het eiland uit het Koninkrijk stappen of het IOC moet de statuten wijzigen.”
De hoop is gericht op een sportfonds van de overheid. Daar wordt al jarenlang over gesproken. “Het zou dit jaar van de grond moeten komen.”
De Wekelijkse UpdateBlijf op de hoogte van de belangrijkste updates uit de Caribische gemeenschap. Abonneer je net als anderen ook op de gratis nieuwsbrief via deze link. |