DEN HAAG – Aruba, Curaçao en Sint-Maarten hebben opnieuw geen akkoord bereikt met Nederland over de honderden miljoenen aan coronaleningen. Toch zijn de eilanden ‘hoopvol’ en ‘optimistischer’.
De zogeheten Caribische Hervormingsentiteit is het struikelblok in de onderhandelingen. De eilanden vrezen dat via zo’n instituut alleen Nederlandse bestuurders gaan bepalen hoe het geleende geld wordt uitgegeven.
Staatssecretaris Raymond Knops na afloop van de Rijksministerraad
‘Meer ruimte voor onderhandelingen’
Aruba, Curaçao en Sint-Maarten zeggen dat hun autonomie op deze manier wordt uitgehold. Ze willen alleen tekenen als zij ook een eigen vertegenwoordiger hebben in de Hervormingsentiteit. Ook willen de eilanden de mogelijkheid hebben om officieel in beroep kunnen gaan als ze het straks niet eens zijn met de Nederlandse aanpak.
Den Haag wilde in eerste instantie dat de eilanden bij het kruisje tekenen. De regeringsvertegenwoordigers van de eilanden zeggen vrijdag na de Rijksministerraad dat ze iets meer ‘begrip en bewegingsruimte’ zien aan de Nederlandse kant.
Gevolmachtigde minister Guillfred Besaril van Aruba
“Je kunt niet een onderhandeling ingaan door te zeggen: er is geen millimeter ruimte om te onderhandelen. Mijn gevoel zegt dat er beweging is”, aldus regeringsvertegenwoordiger Anthony Begina van Curaçao. “Ik ben hoopvol”, zegt René Violenus van Sint-Maarten.
Eilanden inhoudelijk eens met hervormingen
Als het gaat om de inhoudelijke plannen voor de hervormingen, zitten de eilanden nagenoeg op dezelfde lijn als Nederland. Er liggen in het pakket bijvoorbeeld actiepunten om de economie te versterken, de kosten voor het publieke sector te verlagen en te zorgen dat er meer geld binnenkomt bij de belastingdienst.
Onder regie van diezelfde Hervormingsentiteit komen er ook veranderingen op het gebied van zorg, justitie en onderwijs. De eilanden willen dus niet alleen vooraf tekenen voor de plannen, maar ook tijdens de uitvoering ervan mee kunnen beslissen.
In september opnieuw Rijksministerraad in Den Haag
Zolang er geen deal is én de eilanden niet aan eerder gestelde voorwaarden voldoen, komt er in de tussentijd ook geen geld. Dat de boodschap waar staatssecretaris Raymond Knops (Koninkrijksrelaties, CDA) sinds juli aan vasthoudt.
Aruba loopt voorop en Curaçao voldoet ‘bijna’ aan de eerder gestelde voorwaarden. Aruba heeft bijvoorbeeld al de loonkosten voor ambtenaren met 12,5 procent gekort. De Curaçaose regering wil diezelfde voorwaarde ook doorvoeren, maar moet dat besluit nog officieel maken. Sint-Maarten loopt achter, stelt Knops.
Voorlopig is op 11 september de eerstvolgende Rijksministerraad gepland, maar een deal kan eerder gesloten worden. De komende weken willen de eilanden verder met Nederland onderhandelen.
