WILLEMSTAD – “Je kunt ons niet van het Rif wegsturen”, zegt de Curaçaose visser Victor ‘Broertje’ Supriana stellig. De overheid wil het Rifgebied en Zakitó, inclusief de vissershaven, in een toeristisch gebied veranderen.
Een reportage van José Manuel Dias (Nederlandse ondertiteling)
Broertje staat geregistreerd bij de Dienst Landbouw en Visserij (voorheen LVV) als visser in het gebied tussen de Megapier en het strand van het Marriott Hotel. De visser verwacht dat als ‘zijn’ gebied eenmaal ontwikkeld wordt, hij daar niet meer mag komen om vis te vangen en te verkopen. “En wat moet ik dan met mijn net en mijn fuiken?” vraagt Broertje zich af.
Uitbreiding
Het ontwikkelingsplan van het Rifgebied is uitgebreid naar het Zakitógebied, waar nu nog de waterfabriek van het lokale nutsbedrijf Aqualectra staat. Als de waterfabriek over drie jaar ontmanteld is, moet dit een toeristisch gebied met hotels worden.
De vissershaven ligt recht tegenover de waterfabriek en staat hoog op de lijst voor toeristische ontwikkeling. Hoewel het een kleine haven is, bezit het een golfbreker die de boten en de vissershuisjes beschermt.
‘Geen andere optie’
Naar een andere plek verhuizen zoals bijvoorbeeld naar de haven van Piscadera iets verderop, is geen optie voor de vissers van Rif. Volgens hen heeft Piscadera niet genoeg plaats voor alle boten en dat geldt ook voor de havens ten oosten van de Julianabrug.
Minister Steven Martina van Economische Ontwikkeling erkent de bezorgdheid van de vissers: “We moeten om tafel. De haven is erg belangrijk voor hen.”
De minister houdt in het midden of de vissershaven op dezelfde plek blijft. “Ik denk dat de haven blijft, tenminste het hangt van de plannen. Het punt is: de haven is daar. De vissers zijn een integraal onderdeel van de ontwikkeling dus uiteindelijk hebben ze input. We moeten samen besluiten of ze wel of niet blijven of een eindje verder moeten gaan zitten.”
Harde klap
Voor de bekende vakbondsman en visser Erwin Koenze is dat niet genoeg.
“Het ontwikkelingsplan moet garanderen dat de vissers hun plek op het Rif behouden.” Naast vandalisme en diefstal, kunnen de vissers het volgens Koenze zich niet permitteren dat ook hun aanlegplaatsen worden afgenomen. “Dit is een harde klap voor de vissers. Ze moeten al zo hard vechten om het hoofd boven water te houden.”