IMG_2517 (427x640)

WILLEMSTAD – “We vasten van vijf uur ‘s ochtends tot vijf minuten over zeven ‘s avonds. Het is een bevel uit de Koran. Punt. Je kunt honderd redenen verzinnen om het niet te doen, maar je moet vasten.” Aan het woord is Mohammad Khatib, leider van de moslimgemeenschap op Curaçao. Hij is in 1971 als jongen met het hele gezin vanuit Libanon naar het eiland gekomen.

 
Op het plein bij de Kalifar Omar moskee wordt Engels, Arabisch, Nederlands en Papiaments gesproken. Een mengelmoes van mannen uit het Midden-Oosten, Afrika, Suriname en de Antillen. Allemaal moslim en allemaal doen ze aan Ramadan.

Een reportage door Anneke Polak

Alle culturen samen
Antillianen gaan ook naar de moskee, zoals de Arubaan Arif Potmis. Binnen de moskee gaan alle culturen goed samen, maar ook binnen de gemeenschap op het eiland worden de moslims geaccepteerd. “Hier op Curaçao is het gemoedelijk. Ik was in Nederland tijdens 11 september, na die periode werd het anders. Mijn echtgenote werd lastiggevallen op straat. Hier hebben we helemaal geen last.”

 
Er zijn weinig vrouwen in de moskee. Eentje, welgeteld. Zij is diep in gebed en wil niet praten. Kinderen spelen buiten en wachten tot hun ouders klaar zijn met het vrijdagmiddaggebed. Vanaf de tienerjaren zullen kinderen ook meedoen aan de Ramadan, legt Khatib uit. Geen eten, zelfs geen water bij de tropische temperatuur van het eiland. “Je zult er iets voor terugkrijgen, zo staat in de Koran. Wat dat is, dat weet niemand. God zal er iets voor terugkrijgen.”

 
Door Anneke Polak

vrouw (640x427)