‘Jongeren komen hier met hoop op een beter leven, maar het systeem in Nederland is erg ingewikkeld.’ Kenneth Valks heeft negen jaar in Den Haag Antilliaanse probleemjongeren geholpen. Zelf heeft hij een moeilijke jeugd op Curaçao gehad, hij werd geslagen en ontvluchtte zijn gezin. Nu is hij een soort rolmodel voor veel Antillianen in Nederland. Hij schreef een boek over zijn ervaringen en werkt op Curaçao aan een opvangplek voor kansarme jongeren.

Interview met Kenneth Valks (bijdrage: Jamila Baaziz)

foto: Jamila Baaziz

Valks kijkt met gemengde gevoelens terug op zijn periode in Den Haag. Hij kreeg te maken met kwesties als criminaliteit, misbruik, incest en familieproblemen. Zware kost, die hem meerdere burn outs bezorgde. Toch is hij trots op zijn werk en op de jongeren die hij hielp. Want velen kwamen er -mede- dankzij zijn hulp – weer bovenop. En ze houden nog steeds contact met hem. Binnenkort gaat hij in Rotterdam verder met zijn werk om Antilliaanse jongeren te helpen.

Curaçaose jongeren die overwegen naar Nederland te komen, moeten volgens Valks goed nadenken.  Jongeren die geen baan kunnen vinden vervallen geregeld in criminaliteit. ‘Daar kun je makkelijk geld mee verdienen. Maar soms zijn die jongeren beter af in hun eigen land. Ze verdienen niet genoeg geld om echt te genieten van het leven. Ik vind het niet de moeite waard om de zon te verlaten om in de kou ellende mee te maken.’ Met een opvanghuis hoopt hij jongeren op Curaçao in de toekomst een betere toekomst bieden.

Valks boek verschijnt binnenkort en heet Kind van de rekening.