50 jaar onafhankelijkheid van Suriname (3): ”Suriname blijft mijn thuis en mijn band met Aruba is voor altijd”

Foto: Dulce Koopman

Suriname vierde op dinsdag 25 november 2025 het 50-jarig jubileum van de onafhankelijkheid van Nederland, ook wel bekend als ‘Srefidensi Dey’. Op deze dag in 1975 werd Suriname een zelfstandige republiek na ruim 300 jaar koloniale overheersing. Voor Caribisch Netwerk is Dulce Koopman met Surinamers gaan praten die zich hebben gevestigd in het Koninkrijk, waar ze vaak diep zijn geworteld. Hoe kijken zij naar die speciale datum? Hoe kijken ze naar hun land? Vandaag deel 3: Biedjma Oedit (59) op Aruba.

Voor Biedjma Oedit, Surinaams van geboorte en al meer dan dertig jaar woonachtig op Aruba, is 50 jaar onafhankelijkheid van Suriname een bijzonder moment. Want, hoewel ze een groot deel van haar leven op het One Happy Island doorbracht, klopt haar hart nog altijd in twee ritmes: in het Arubaans en het Surinaams. Ze werkt inmiddels als medewerker bij de grote verzekeringsmaatschappij Guardian en beheerst het Papiaments. “Aruba is mijn tweede thuis,” zegt ze, “maar Suriname blijft mijn huis. Altijd.”

Jeugdherinneringen aan 1975
Oedit werd geboren in Paramaribo op 7 mei 1965. Ze was nog maar tien jaar toen Suriname onafhankelijk werd, maar toch draagt ze levendige stukken van die dag met zich mee. “Mijn vader had een pickup, en we zaten allemaal achterin,” vertelt ze. “We reden naar het Onafhankelijkheidsplein. Er was zoveel volk, zoveel geluid. Parades, vlaggen, gezang. Ik kan niet zeggen dat ik alles bewust heb meegemaakt, maar de grote lijnen, de sfeer, die herinner ik mij nog goed.”

Haar familie bleef in Suriname, iets wat lang niet vanzelfsprekend was. “Veel familieleden van mij zijn toen naar Nederland vertrokken. Mijn vader had een eigen zaak en hij wilde niet weg. Hij bleef, dus wij bleven.”

De Revolutie
De onafhankelijkheid bracht hoop, maar de periode die volgde was onstuimig. Oedit was zestien toen de militaire revolutie van 1980 haar realiteit werd. Die jaren omschrijft ze als vormend, maar ook zwaar.

“Je leeft in stress,” zegt ze. “Producten waren schaars. Ik heb in rijen gestaan voor één kilo aardappelen en een fles olie. Dat zijn dingen die je nooit vergeet.”
In 1986 ervoer ze als jonge scholier de studentenprotesten van dichtbij. “Er waren protesten omdat het niet goed ging in het onderwijs. De politie zweepte. Dat moment heeft veel indruk op mij gemaakt. Ik dacht: zó moet een land niet zijn.” De economische en sociale onzekerheid maakte dat ze steeds vaker nadacht over haar toekomst.

Kansen op Aruba
Wanneer haar zus, die als verpleegkundige op Aruba werkt, haar vraagt om te komen, voelt Oedit het als een kans op een nieuw leven. In 1992 neemt ze de sprong. “Ik was 25. Ik had mijn middelbare school af, maar er was geen werk in Suriname. Mijn zus was alleen, ver van de familie. Ik dacht: laat mij dit proberen.” Aruba ontvangt haar goed, maar het pad is niet moeiteloos. Het leren van Papiaments is een strijd op zichzelf. “Het ging on the hard way,” zegt ze. “Je moet ook moeite doen om deel te worden van de maatschappij. Maar ik heb het geleerd, stap voor stap.” In 1996 wordt Oedit officieel Arubaanse staatsburger.

“Het klinkt misschien vreemd,” zegt ze met een glimlach, “maar ik spaar om naar Suriname te gaan, en niet om naar Miami te vliegen.” “Het gevoel van thuiskomen in Suriname is onbeschrijfelijk. De geur van het eten, de geluiden, de rivier, het varen, het bananenblad waar het eten op ligt.’’ Op Aruba houdt Oedit haar cultuur levend met feestdagen en rituelen. “Ik vier Divali thuis, ik ga naar Onafhankelijkheidsvieringen en ik doe mee met Phagwa. Het maakt dat ik mij verbonden voel. Mijn overgrootouders, uit India, hebben hun cultuur naar Suriname gebracht, en ik breng het nu van Suriname naar Aruba.”

Suriname 50 jaar later
Als Oedit terugkijkt op de ontwikkeling van haar geboorteland sinds 1975, ziet ze een mix van prestaties en zorgen. Ze prijst tastbare verbeteringen, vooral infrastructuur. “De brug tussen Paramaribo en Commewijne was een grote stap. Vroeger gingen we met de boot naar de andere kant. Nu zijn verbindingen beter, ook in het westen met kleine bruggen over de rivieren.” Maar ze is scherp over de politiek. “Suriname heeft zoveel potentie. Olie, gas en topkwaliteit bauxiet. Maar zonder goede leiders schiet je niets op. En er is veel corruptie. Dat baart me zorgen. Ik hoop echt dat we niet eindigen zoals Venezuela.”

Tegelijkertijd benadrukt ze dat Suriname momenten van stabiliteit kende. “De periode van de onlangs overleden oud-president Venetiaan herinner ik mij als heel positief. Toen dacht ik: dit land kan echt vooruit. De economie was stabiel. Maar daarna ging het weer mis.” Toch blijft Oedit hoopvol. “Suriname kan top of the top zijn. De mogelijkheden liggen voor het oprapen.”

Surinamers op Aruba
Volgens Oedit heeft de Surinaamse gemeenschap een duidelijke invloed op Aruba. “Vooral op culinair gebied,” zegt ze lachend. “Er zijn zoveel plekken waar je Surinaams eten kunt kopen, en de mensen zijn er dol op.” Maar ook economisch is de rol groot. “Veel Surinamers werken in de hotels. En anderen hebben bedrijven, autoverhuur, horeca, kleine ondernemingen. Ze creëren banen. Ze dragen echt bij.”

Maar in bedrijven ziet ze dat culturele diversiteit nog niet volledig wordt omarmd. “Wanneer ik Divali vier, moet ik gewoon verlof nemen omdat ik geen vrij krijg, op basis van mijn cultuur. De bedrijven spelen nog niet in op culturele feestdagen. Daardoor krijg je hokjesvorming. Iedereen viert zijn eigen cultuur apart.”

Werk, identiteit en waarden
In haar rol bij Guardian merkt ze dat haar afkomst invloed heeft op hoe klanten haar benaderen. Voor bepaalde zaken vragen mensen specifiek naar ‘de Surinaamse collega’. Maar daar tilt Oedit niet zwaar aan. ”Mijn werk komt eerst, wie ik ben komt op plek twee.” Toch beseft ze dat de Surinaamse opvoeding een fundament is in haar professionele houding. “Discipline, respect, vooruitkijken, dat is er allemaal ingestampt. Ik heb geleerd dat je moet werken voor je doelen. Dat draag ik elke dag met mij mee.”

De toekomst
Hoewel ze ingeburgerd is op Aruba, droomt Oedit van een toekomst die beide landen omvat. “Ik zou willen dat ik zes maanden in Suriname kan wonen en zes maanden op Aruba. Mijn hart ligt op beide plaatsen.” Over de rol van Suriname in de Caribische regio denkt ze vooruit. Vooral op het gebied van toerisme ziet ze kansen. “Aruba draait al op toerisme en alles is hier in place. Suriname heeft zóveel potentie, vooral in het binnenland. Als Suriname het goed aanpakt, kan het veel leren van Aruba. Het zou copy paste kunnen zijn.”

De boodschap
Wanneer gevraagd wordt naar haar boodschap aan Surinamers ter gelegenheid van vijftig jaar onafhankelijkheid, antwoordt Oedit: “Houd Suriname altijd in je gedachten, maar op een positieve manier. Het is ons land. Denk groot over Suriname. Stuur positieve vibes. Waar je ook bent in de wereld.”