Wel of niet terug naar de eilanden na je studie? Een vakantie geeft vaak de doorslag

Foto: Deborah Bremmer. Eilanders arriveren op de luchthaven van Bonaire.

Eerder dit jaar sprak Caribisch Netwerk met Roman Monte (29), die als onderdeel van zijn Master Internationale Publieke Gezondheid onderzoek deed naar de remigratie van Caribische studenten in Nederland. Inmiddels is hij afgestudeerd en deelt hij de bevindingen. Hij merkte dat de keuze van Caribische studenten om na hun studie in Nederland wel of niet terug te keren naar de eilanden, sterk wordt beïnvloed door een gevoel van welzijn en een gevoel van ‘thuis’. Hoewel praktische en financiële factoren ook een belangrijke rol spelen, geeft een gevoel, dat soms opeens komt na een vakantie op het thuiseiland, vaak de doorslag.

“Ook al heb ik er zelf nooit gewoond, ik voelde altijd een sterke connectie met de eilanden, de mensen daar.” Monte groeide op in Nederland met een Nederlandse moeder en Curaçaose vader, met wie hij Papiaments spreekt. “Wel met een Nederlands accent,” lacht hij. “Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik iets voor de eilanden wilde betekenen. Hoeveel we ook van de eilanden houden, iedereen ziet dat er nog wel werk aan de winkel is op bepaalde vlakken.” Om op zijn manier iets bij te dragen, besluit Monte tijdens zijn Master Internationale Publieke Gezondheid onderzoek te doen naar de keuze van Caribische studenten die in Nederland studeren om wel of niet terug te gaan naar de eilanden.

Fysiek en mentaal welzijn
Hoewel op het eerste oog misschien niet zo voor de hand liggend, heeft dit onderwerp wel degelijk te maken met gezondheid. “Waar je woont kan veel impact hebben op je welzijn en mentale gezondheid. Deze aspecten spelen dus mee bij de wens om te remigreren. Veel mensen vertelden me: ‘Ik kan me hier in Nederland wel thuis voelen, maar mijn echte thuis is op mijn eiland. Daar ligt mijn hart.’ Ik sprak ook mensen die ziek waren geworden of zich fysiek minder gezond voelden in Nederland, en eenmaal terug op hun eiland voelden: ‘Ah, dit is het! Nederland past gewoon niet goed bij mij.’

Voor mensen die besluiten wel in Nederland te blijven, is het heel belangrijk om een stukje thuis te hebben waar ze wonen. Dat er op de markt een ‘truk’i pan’ (een soort foodtruck, red.) staat, je mensen van je eigen cultuur om je heen hebt. Deze aspecten hebben positieve invloed op je welzijn. Anderzijds is het lastig voor Caribische mensen in Nederland om een buitenbeentje te zijn. Ik hoor geregeld over racisme, wat natuurlijk een negatief effect heeft op je welzijn en het gevoel van ergens thuis zijn.

Monte is blij dat er de laatste tijd meer aandacht is voor de relatie tussen je emoties en je gezondheid. “Het klinkt misschien filosofisch, maar er is geen tweedeling tussen lichaam en geest, die twee zijn sterk verbonden. Als je je ergens niet gelukkig voelt, kan dat negatieve gevolgen hebben voor je fysieke gezondheid.”


Roman Monte. Eigen foto

Identiteit en omgeving
De connectie tussen iemands identiteit en omgeving speelt een grote rol in hoe prettig iemand zich voelt op zijn woonplaats, vertelt hij. “Je omgeving vormt je identiteit, maar je hebt diezelfde omgeving ook nodig om je identiteit te kunnen uiten. Als dat niet lukt, kun je dat heel erg missen. Taal speelt daarin een belangrijke rol. Veel mensen vertelden dat ze zich anders uiten in hun eigen taal, dat ze meer zichzelf zijn in het Papiaments of Engels. Tegelijkertijd worden Caribische studenten in Nederland vaak juist op taal afgerekend — ze krijgen bijvoorbeeld Engelse les van een niet-native spreker of worden beoordeeld op hun Nederlands. Zulke ervaringen beïnvloeden je gevoel van eigenwaarde en thuis horen.”

De grote rol van taal bevestigt Mikeely Obersi (24). De Bonairiaanse behaalde recent haar Master Architectuur en heeft nu haar eerste baan in Rotterdam. “Ik merk dat ik hier toch altijd een beetje een buitenstaander blijf, als ‘anders’ word gezien,” vertelt ze. “Ik spreek altijd allemaal verschillende talen door elkaar en heb een beetje een accent in mijn Nederlands. Nederlanders kijken me dan soms wat raar aan, terwijl mijn Bonairiaanse vrienden hier helemaal niet van opkijken.”

Hoe langer ze in Nederland woont, hoe meer ze haar eiland begint te missen. “Het valt me op dat ik bijvoorbeeld steeds vaker naar traditionele Bonairiaanse muziek luister, terwijl ik daar vroeger niet zoveel mee had. En ik mis het eten ontzettend! Ik heb nu een plek in Rotterdam gevonden waar ze ‘kabritu stobá’ (geitenstoof, red.) verkopen. Heel duur, maar als ik er echt heel veel zin in heb, weet ik waar je het kan vinden!” vertelt ze blij. “Als je een tijdje weg bent, ga je de dingen van thuis meer waarderen.” Obersi is van plan om nog een paar jaar in Nederland te blijven, maar wil uiteindelijk graag terug naar haar geboorte-eiland. “Als ik een baan vind natuurlijk, met een salaris dat past bij mijn opleiding.”


Mikeely Obersi. Eigen foto

Emotionele en praktische aspecten
Deze afweging tussen emotionele en praktische aspecten zag Monte steeds terugkomen. “Aan de ene kant speelt familie bijvoorbeeld een grote rol in de keuze,” vertel hij. “Dit kan trouwens twee kanten opgaan: aan de ene kant is familie een belangrijke reden om terug te gaan naar de eilanden, maar aan de andere kant hebben veel mensen van de eilanden ook familie in Nederland familie wonen. En het is natuurlijk zo dat hoe langer je in Nederland woont, hoe meer je opbouwt. Als je bijvoorbeeld een relatie hebt, is de keuze om terug te gaan minder gemakkelijk gemaakt. “Toen ik wist dat ik tijdens mijn studie een paar maanden naar Curaçao ging, stopte ik ook even met daten,” lacht Monte.

“Wat betreft kwaliteit van leven kan het beide kanten op gaan: de één benadrukt de rust op de eilanden, de ander de voorzieningen in Nederland. Vaak verandert het ook met de tijd wat mensen belangrijk vinden.” Als ze net gaan studeren, genieten studenten bijvoorbeeld van het leren kennen van een nieuwe cultuur, nieuwe dingen ontdekken, avontuur. Later beginnen ze –net als Obersi– hun thuiseiland soms sterker te missen, of hebben ze meer behoefte aan rust en stabiliteit. Opvallend vaak geeft een vakantie de doorslag, vertelt Monte. “Af en toe teruggaan naar de eilanden helpt mensen om de knoop door te hakken. Als ze bijvoorbeeld met kerst hun eiland bezoeken en vervolgens met tegenzin het vliegtuig naar Nederland instappen, is dat een duidelijk teken.”

Financiën vormen ook vaak een belangrijke factor in de overweging. “Veel afgestudeerden voelen dat ze niet terug kunnen, omdat ze een studieschuld hebben in euro’s, die je moeilijker afbetaald krijgt als je betaald krijgt op een eiland met lagere salarissen in een andere valuta. Hoewel emotionele factoren een grote rol spelen in de keuze, is het wel een voorwaarde dat de praktische en financiële zaken op orde zijn.

“Onderzoek gaat ook over mijzelf”
Nu Monte zelf is afgestudeerd, staat hij zelf ook voor de keuze tussen Nederland en de eilanden. Hoewel hij opgroeide in Nederland, bracht de periode op Curaçao tijdens zijn studie hem in contact met een andere kant van zichzelf. “Het grappige is, toen ik ging was ik me helemaal niet bewust van de behoefte om de Curaçaose kant van mezelf te ontdekken. Maar achteraf denk ik dat ik dat wel voelde. Ik ben vier maanden geweest en was graag langer gebleven, het was ontzettend fijn. Ik ben dichter bij mezelf gekomen, heb hele dagen Papiamentu gesproken. Ik heb er zelfs een heel andere kledingstijl ontwikkeld! Eenmaal terug in Nederland heb ik er de hele winter naar uitgekeken om m’n hoed weer op te kunnen,” grapt hij.

Welke afwegingen maakt hij zelf, nu hij bedenkt waar hij wil werken en wonen? “Daar heb ik veel over nagedacht,” aldus Monte. “Ik realiseerde me natuurlijk dat mijn scriptie ook over mezelf gaat. Ik heb hier altijd gewoond en heb hier vrienden en familie, dus wat dat betreft is het voor mij gemakkelijker om hier te blijven dan voor mensen die op de eilanden zijn opgegroeid. Aan de andere kant besef ik dat je op een klein eiland veel meer impact kunt maken dan in Nederland.” Hij staat dus open voor beide opties. “Ik hoop vooral dat, wat ik ook ga doen, ik vaak op en neer kan gaan. Als ik niet op Curaçao of Bonaire ga wonen, hoop ik regelmatig daarheen te kunnen. Je voelt altijd die spagaat.”

Monte geeft anderen en zichzelf graag de tip die hij van veel van zijn respondenten kreeg:
“(R)emigratie hoeft niet permanent te zijn, je kunt altijd terugkeren. En veel mensen zeiden ook: ‘Voel je niet verplicht, het is uiteindelijk je eigen leven, ook al voel je misschien dat het de verwachting is dat je terugkomt.’”