De Curaçaose milieubeschermer Ryan de Jongh is een inzamelingsactie gestart om het RAMSAR-gebied bij Libu, Boka Sami, schoon te maken. Hij beweert olie in de grond te hebben aangetroffen, wat volgens hem schadelijke gevolgen heeft voor de natuur. Het ministerie van Gezondheid, Milieu en Natuur (GMN) ontkent de aanwezigheid van olie na een visuele inspectie, maar De Jongh blijft bij zijn bevindingen.
Olievervuiling ontdekt
Volgens De Jongh begon zijn stichting ruim een jaar en negen maanden geleden met herstelwerkzaamheden in het gebied. “Toen we ongeveer drie jaar geleden begonnen met onderzoek, zagen we iets wat op olie leek, maar ik heb daar destijds niet te veel aandacht aan besteed,” zegt De Jongh.
Pas bij het graven voor betere watercirculatie en herplanting werd de omvang van de vervuiling duidelijk. “Bomen sterven af en we hebben monsters genomen die bevestigen dat er vervuiling is.” De Jongh wil het probleem aanpakken zonder politieke conflicten. “In plaats van ruzie maken, kunnen we als Curaçao samen dit gebied, dat al sinds 2010 beschermd is, schoonmaken.”
Saneringsmethode met micro-organismen
Voor de sanering werkt De Jongh samen met Sandovar Lourens, die effectieve micro-organismen (EM) gebruikt om vervuilde gebieden te herstellen. Lourens past deze methode al twaalf jaar toe op Curaçao en benadrukt dat het een bewezen techniek is die wereldwijd wordt gebruikt. “We gebruiken ballen gevuld met micro-organismen die de bodem herstellen door schadelijke stoffen af te breken en het ecosysteem te herstellen,” legt hij uit.
De methode heeft volgens Lourens eerder succes gehad bij andere projecten op het eiland, zoals bij Jan Kok. “Binnen drie weken was de stank weg en het water helder,” aldus Lourens.
Reactie van GMN
Het ministerie van GMN heeft op 14 januari een visuele inspectie uitgevoerd en stelt in een persbericht dat er geen olie in de grond is aangetroffen. “De donkere kleur van de grond is een natuurlijk verschijnsel in saliña’s en het sterke aroma is afkomstig van waterstofsulfide (H2S), een natuurlijk proces dat een ecosysteem vormt voor flamingo’s en andere kustvogels,” aldus GMN.
Toch heeft GMN bodemmonsters genomen voor verdere analyse, waarvan de resultaten later bekendgemaakt zullen worden. Het ministerie benadrukt dat werkzaamheden in beschermde natuurgebieden overleg vereisen met de juiste instanties.
Transparantie en oproep tot actie
De Jongh erkent dat de inzamelingsactie snel is opgezet, maar verzekert transparantie. “Iedereen kan ons werk controleren en meedoen. We plaatsen updates op social media en houden de bevolking op de hoogte,” zegt hij.
Voor de sanering is 60.000 dollar nodig, en vrijwilligers zijn welkom om te helpen met het maken van de micro-organisme ballen. “We willen dit samen doen, voor een schonere en gezondere Curaçao,” aldus De Jongh.
Foto’s Archief Ryan de Jongh