De afgelopen week hebben vertegenwoordigers van de Centrale Bank van Nederland (DNB), gesprekken gevoerd met de lokale overheid en stakeholders in de culturele sector op Bonaire om de gemoederen te sussen. Een maand geleden maakte DNB het toekennen van een bijdrage bekend van half miljoen euro aan het project ‘Across the Sea’. Dit zorgde voor opschudding onder de culturele sector op het eiland.
Het geld wordt toegekend aan de stichting Across the Isles die 3 maanden geleden is opgericht. Naar aanleiding van de onrust gaat DNB nu verder onderzoek doen. Terwijl er beweerd wordt dat dit project de samenwerking tussen culture organisaties bevordert, is vooral het gebrek aan transparentie de grootste doorn in het oog van de culturele organisaties. Vrijwel niemand was op de hoogte van het project.
Met de financiële steun van DNB wordt een herinneringsplek gerealiseerd op de voormalige plantage Fontein, dat eigendom is van het Openbaar Lichaam (OLB). De plek krijgt een monument ter nagedachtenis aan Martis di Katalina Janga, het rolmodel dat in 1834 de opstand van tot slaaf gemaakten op Bonaire begon.
Daarnaast wordt een gebouw voor bijeenkomsten opgericht en zijn educatieve projecten gepland voor scholen en de lokale gemeenschap. Hoewel het hier om eigendom van het OLB gaat, is niemand van de overheid hiervan op de hoogte. De gedeputeerde van cultuur, Nina den Heyer zegt niets van het project af te weten. “Ik heb in de media hiervan kennis van genomen. Het verbaast me, want Magazina di Rei is al bezig met het erkennen van Martis di Katalina Janga”, zegt ze.
Bij het OLB is er geen aanvraag gedaan voor een vergunning voor een herinneringsplek of voor het neerzetten van gebouwen op Fontein. De voorzitter van Magazina di Rei beaamt met een soortgelijk project bezig te zijn en is niet op de hoogte van het Across the Sea project. “We zijn niet betrokken bij het project van Fontein”, zegt Madeline Martijn.
DNB moet beter haar huiswerk doen
Op vragen over het toekennen van zo’n grote bedrag aan een recent opgerichte stichting, zegt DNB dat er een uitgebreid onderzoek en toetsing uitgevoerd wordt naar potentiële samenwerkingspartners. “Dat betreft zowel de personen als de organisatie. Een ‘due diligence’ is daar onderdeel van. Uiteraard voeren wij bij de aanvraag en ook daarna gesprekken met betrokken organisaties en personen. We nemen daarbij ook de achtergrond en historie van personen en organisatie in overweging”, volgens de DNB.
Klaas Knot, President van DNB, bood op 1 juli 2022 namens DNB excuses aan voor haar rol in het trans-Atlantisch slavernijverleden. Om aan deze woorden invulling te geven, heeft DNB heeft een fonds van vijf miljoen euro opgezet voor bijdragen aan lokale initiatieven van nazaten van tot slaafgemaakten. Dit in samenwerking met het Cultuurfonds. Ook heeft DNB vijf miljoen euro vrijgemaakt voor eenmalige bijdragen aan projecten voor bijvoorbeeld educatie en behoud van historisch erfgoed.
Het project ‘Across the Sea’ valt onder het tweede type maatregelen: de eenmalige bijdragen. Dat is ook de reden waarom dit project zo’n hoog bedrag toegekend krijgt.
En wat zegt Across the Isles?
Phenice Piar, voorzitter van de stichting zegt dat ze niet transparent waren vanwege professionele redenen. Piar: “We zijn ons ervan bewust dat onderwerpen over kolonialisme, slavernij en geschiedenis gevoelig zijn voor onze cultuur en we moeten zorgvuldig en met respect hiermee omgaan. Het team dat aan het project ‘Across the Sea’ werkte, heeft vanaf het begin niet in het openbaar getreden vanwege professionele redenen. Het is gebasseerd op een vertrouwelijke overeenkomst met DNB.”