In december 2019 sloot de Girobank op Curaçao haar deuren, maar uit een onderzoeksrapport van Deloitte blijkt dat er al in 2010 vragen waren over de leiding van de bank. Wat gaat er gebeuren met de resultaten van het onderzoek?
De Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) heeft afgelopen week het onderzoeksrapport over de Girobank N.V. ontvangen en het met de minister van Financiën van Curaçao Javier Silvania gedeeld. In het rapport zijn alle feiten voorafgaand aan de val van de Girobank in kaart gebracht.
Onafhankelijk onderzoeksrapport
Het onafhankelijk onderzoeksrapport is opgesteld door Deloitte Forensic & Dispute Services B.V. Nederland, in opdracht van de CBCS en de Curaçaose staat. Deloitte kreeg in oktober 2020 de opdracht ‘onderzoek te verrichten naar de gang van zaken bij Girobank N.V. voorafgaand aan en tijdens de noodregeling, waaronder ook de periode in aanloop naar en rondom de bankrun’.
Het rapport bevat geen conclusies of kwalificaties over het handelen van betrokkenen. Voor de Centrale Bank is het belangrijk dat de feiten zorgvuldig in kaart zijn gebracht en dat ze hier lering uit kan en moet trekken. De Centrale Bank heeft laten weten het rapport eerst intern te zullen bespreken om na te gaan wat de vervolgstappen zullen zijn.
Een langslepend tragedie
Wie het rapport bekijkt, ziet dat de teloorgang van de Girobank een uitgebreide geschiedenis heeft. Die geschiedenis is nu grondig gedocumenteerd. Maar het is opvallend dat de tragedie zo lang heeft geduurd.
Al in 2010 had de Centrale bank in de gaten dat er iets vreemd aan de hand was, toen in dat jaar de Girobank een nieuwe grootaandeelhouder IIG Capital kreeg. Uit het onderzoeksrapport komt naar voren dat de afdeling Toezicht van de Centrale Bank (naar later bleek, niet ten onrechte) in dat jaar al vragen stelde over de rol van ceo Eric Garcia hierbij.
Volgens Dagblad Extra zou er met de verkoop aan IIG een groep maffioso bankiers zijn binnengehaald die als nieuwe aandeelhouders niets hebben geïnvesteerd, maar wel miljoenen uit de onderneming hebben gehaald.
‘Run op de bank’
Het verhaal is bekend: De Girobank valt al sinds 2013 wegens financieel wanbeheer onder een noodregeling van de Centrale Bank. In 2019 sluit de bank haar deuren. Dat gebeurde nadat op 9 december er een ‘run’ op de bank plaatsvond en alle filialen en bankrekeningen werden gesloten.
Dit leidde tot paniek onder klanten. Sommigen moesten door de politie worden verwijderd. Drie dagen later werd een maximum van 10.000 Naf ingesteld en ging de bank nog even onder strenge voorwaarden open. Daarna bleven de deuren dicht.
Toenmalig staatssecretaris Raymond Knops (Koninkrijksrelaties, CDA) toonde zich in 2020 ontevreden over de wijze waarop op Curaçao met de situatie rond de Girobank is omgegaan. Voor de afwikkeling van Girobank is door Nederland inmiddels een renteloze lening verstrekt van 170 miljoen gulden.
Gi-Ro Settlement Holding (GSH) werd opgericht eind 2020 om de leningenportefeuille te beheren. Personen en bedrijven die een lening hebben uitstaan, moeten het geld terugbetalen. Met die opbrengsten proberen de curatoren de lening van Nederland (deels) af te lossen.
Veroordeling
Voor veel mensen op Curaçao is het nu tijd om te kijken wie in die lange periode, tussen 2010 en 2019, de grootste steken heeft laten vallen. Eén persoon zit al vast: in mei 2019 werd de toentertijd 78-jarige oud-bankdirecteur van de Girobank, Eric Garcia, op Curaçao veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf wegens verduistering van 11 miljoen dollar, valsheid in geschrift en witwassen.
Garcia was directeur van de Girobank op Curaçao. De straf heeft hij gekregen omdat hij als curator in het faillissement van Banco Maracaibo in 2010 in totaal 11 miljoen dollar op eigen houtje heeft overgemaakt naar verschillende buitenlandse bankrekeningen.
Daarna is het gebruikt om aandelen Girobank te kopen bij de dubieuze investeerders van IIG. En precies dat leidde al in 2010 tot de eerste vragen bij de toezicht houdende Centrale Bank. Een belangrijke vraag is daarom nu dan ook: waarom is er niet eerder ingegrepen?
‘Onafhankelijk onderzoeksrapport’Het onderzoeksrapport is opgesteld door Deloitte Forensic & Dispute Services B.V. Nederland, in opdracht van de CBCS en de Curaçaose staat. Deloitte kreeg in oktober 2020 de opdracht ‘onderzoek te verrichten naar de gang van zaken bij Girobank N.V. voorafgaand aan en tijdens de noodregeling, waaronder ook de periode in aanloop naar en rondom de bankrun’. Het rapport bevat geen conclusies of kwalificaties over het handelen van betrokkenen. Voor de Centrale Bank is het belangrijk dat de feiten zorgvuldig in kaart zijn gebracht en dat ze hier lering uit kan en moet trekken. |