Staatsrechtgeleerde: “Bosmanwet lijkt symboolwetgeving”

HILVERSUM – De Bosmanwet gaat de stroom van kansarme Antilliaanse jongeren naar Nederland niet veranderen. Dat denkt staatsrechtgeleerde Gerhard Hoogers. “Het heeft wel iets van symboolwetgeving. Als Antilliaanse jongere kun je makkelijk onderduiken in Nederland. En als je uitgezet wordt, houdt niks je tegen op het eerstvolgende vliegtuig te stappen.”

Staatsrechtgeleerde Gerhard Hoogers over Bosmanwet (bijdrage: Jamila Baaziz)

Hoogers denkt dat het weinig zin heeft een vestigingswet voor Antillianen in te voeren: “Ik denk niet dat dit het probleem oplost. Zolang wij aan elkaar verbonden zijn en Nederland rijker is en aantrekkelijkere mogelijkheden biedt, moet je misschien accepteren dat een klein deel voor problemen zorgt.” Het probleem moet ook niet overdreven worden, meent hij: “Het is niet zo dat honderdduizenden zwaar criminele Antilliaanse jongeren de luchthaven bestormen. Het is een behapbaar probleem.”

Juridisch mogelijk
Eisen stellen aan vestiging van personen uit de andere Koninkrijkslanden Curaçao, Sint Maarten en Aruba is mogelijk volgens de Nederlandse wetgeving, weet Hoogers. “Juridisch kan het, maar het is wel een principiële breuk met de politieke keuzes sinds 1954.” In het Statuut zijn opzettelijk bepalingen opgenomen om vrij verkeer tussen de Koninkrijksdelen te beperken. Deze maken het voor de eilanden al jaren mogelijk om eisen te stellen aan vestiging van Europese Nederlanders. VVD’er Bosman wil nu een vergelijkbare regeling voor Nederland.

Het is niet voor het eerst dat er onderscheid wordt gemaakt in ‘soorten’ Nederlandschap. Hoogers: ”In de koloniale tijd waren er Nederlanders en Nederlandse onderdanen. Die laatsten hadden ook niet zomaar toegang tot Nederlands grondgebied.” De bepalingen in het Statuut wijken af van de wetgeving van veel andere landen, waar burgers vaak wel het recht hebben zich helemaal vrij te vestigen in alle gebiedsdelen. Hoogers: “Als ik op Hato kom zonder verblijfsvergunning, mag ik ook maar een half jaar blijven. Ik geloof niet dat dit op Curaçao wordt opgevat als discriminatie of het onderscheiden van twee ‘soorten’ Nederlanders.

Onzeker
Of de Bosmanwet er echt gaat komen, is volgens Hoogers nog niet zeker. “Ik denk dat de Tweede Kamer wel zal instemmen, maar ik vraag me af of het door de Eerste Kamer gaat komen. In theorie kan de Nederlandse regering het wetsvoorstel daarna ook nog tegenhouden door de wet niet te bekrachtigen. Dat zou kunnen als dit de relatie met de andere Koninkrijkslanden te veel zou schaden.”

Kritiek vanuit de Koninkrijkslanden, tot nu toe vooral uit Curaçao, kan van invloed zijn bij de behandeling van het wetsvoorstel. Toch denkt Hoogers niet dat dit soort klachten uiteindelijk een reden zullen zijn om de wet tegen te houden: “De belangen voor de Caribische landen om in het Koninkrijk te blijven zijn groot. Ik denk dat ze bereid zijn om veel te slikken, de vrije toegang tot Nederland is een van de aantrekkelijkste aspecten van het Koninkrijk.”

Gerhard Hoogers deed onderzoek naar onder meer de verschillen tussen het staatsrecht van Nederland, de Nederlandse Antillen en Aruba en werkte als docent staatsrecht op Aruba.

Door Jamila Baaziz