KRALENDIJK – Voor doven en slechthorenden op Bonaire is het moeilijk om op de hoogte te blijven. Terwijl dat vooral in crisissituaties zoals nu met corona extra belangrijk is. “Wat is dat voor virus? Is het gevaarlijk? Wat moet ik dan met mijn kinderen?”, zijn vragen die gebarentolk Esther de Veer zegt nog regelmatig te krijgen.
door Marit Severijnse
De Tweede Kamer heeft onlangs ingestemd met een wijziging van de mediawet in Nederland om de toegankelijkheid van informatie voor doven en slechthorenden te verbeteren.
De wetswijziging houdt in dat tv-zenders informatie over crisissituaties, zoals een terreuraanslag, natuurramp of epidemie, toegankelijker moeten maken voor onder andere de dovengemeenschap. Bijvoorbeeld door ondertiteling of een tolk gebarentaal.
Op Bonaire is dat echter nog niet goed geregeld. Wél gebeurt sinds kort het tolken bij persconferenties maar dat gaat nog niet live. “Ik heb ze zelf benaderd, omdat dove mensen ook recht hebben op informatie. Het tolken kan momenteel nog niet live. Ook doe ik het geheel vrijwillig”, zegt De Veer.
Fake news als echt nieuws
Mede daardoor is het voor dove mensen ook lastiger om fake nieuws van echt nieuws te onderscheiden. Niet alle doven kunnen lezen, maar voor degene die dit wel kunnen, blijft geschreven taal moeilijk. “De woordvolgorde in het Nederlands en Papiaments is heel anders dan in gebarentaal”, vertelt De Veer. “Ook is gebarentaal heel visueel, waardoor je makkelijker kunt begrijpen hoe iets wordt bedoeld.”
Onderzoek naar verborgen doven
De tolk kan niet met zekerheid zeggen hoe groot de groep doven is op Bonaire. Zelf kent ze er twintig en tolkt ze voor iets minder. Deze mensen komen bij haar terecht via de Zorg en Welzijn Groep. Esther heeft het idee dat er ook een aantal uit beeld blijft en naar deze groep gaat ze een onderzoek starten.
“Het kan zijn dat dove kinderen, om wat voor reden dan ook, op jonge leeftijd niet naar een dovenschool zijn gegaan, maar zijn thuis gehouden. Mensen die in de kunuku wonen en eigenlijk nooit naar buiten komen. Dat betekent dat ik gewoon langs gezinnen moet gaan om te vragen of daar een doof gezinslid woont.”
Voor kinderen met hoorproblemen, zijn er tot slot weinig mogelijkheden. Zo is er geen dovenschool op het eiland waar ze gebarentaal kunnen leren en moeten ze dus daarvoor naar het buitenland.
‘Wie gaat het werk doen en hoeveel gaat het kosten? Favell Maduro, hoofd communicatie
Hoofd communicatie Favell Maduro zegt dat de lokale overheid ernaar streeft om iedereen te voorzien van informatie in crisissituaties. “Dit gebeurt in ieder geval via geschreven informatie, zoals persberichten en berichten op social media. Dit communiceren we op b1-niveau, zodat het ook voor laaggeletterden begrijpelijk is.” Maar hij erkent dat er nog niet speciaal naar doven toe wordt gecommuniceerd, al vinden ze dat wel belangrijk.
Een vaste gebarentolk bij persconferenties in de toekomst, sluit Maduro niet uit. “We hebben nog niet besproken hoe we Esther precies zullen inzetten. Ook weten we nog niet hoe groot de groep doven is op Bonaire. Als Esther hier zicht op heeft en we horen dat er veel behoefte aan is, dan willen we daar best onderzoek naar doen. Maar het is niet iets wat je van de ene op de andere dag doet, er moet een beleid achter zitten.”
Datzelfde geldt volgens hem voor het bereiken van de grote groep Spaanstaligen op het eiland. “Ook die moeten informatie krijgen, of die nou gedocumenteerd zijn of niet. Maar wie gaat het werk doen en hoeveel gaat het kosten? Al die dingen neem je in overweging.”