PHILIPSBURG – Minister-president Sarah Wescot-Williams reageerde op woensdag met ingehouden woede op een verklaring van het onafhankelijke parlementslid Frans Richardson over het onderzoek naar onregelmatigheden bij de nationale veiligheidsdienst VDSM. Richardson maakte gewag van een ‘schending van de nationale veiligheid’ en suggereerde met een verwijzing naar de Edward Snowden-affaire dat mogelijk gevoelige informatie is verdwenen. Hij verklaarde ook dat Wescot-Williams moet aftreden en dat ze bij het parlement ‘op het matje had gemoeten’ om tekst en uitleg te geven.
De minister-president noemde de woorden van Richardson ‘onfortuinlijk’ en maakte duidelijk dat ze zich voorzichtig uitdrukte ‘uit respect voor de positie van leden van het parlement’. Wescot-Williams zei tijdens de wekelijkse persconferentie van de Raad van Ministers dat Richardsons uitlatingen ‘incorrect en misleidend’ zijn.
De onregelmatigheden bij de VDSM zijn volgens de minister president aan het licht gebracht vanuit de veiligheidsdienst. Vervolgens is besloten het overheids accountant bureau Soab een boekenonderzoek te laten doen.
“Er is een aanmerkelijk bedrag niet verantwoord als uitgave ten behoeve van de dienst”, zei Wescot-Williams, maar ze wilde niet aangeven om hoeveel geld het gaat. Er is gesuggereerd dat het gaat om fondsen die door de Amerikaanse drugsbestrijdingsorganisatie DEA aan Sint Maarten beschikbaar zijn gesteld.
Berichten dat het hoofd van de dienst, James R. er met het geld vandoor zou zijn gegaan blijken onjuist te zijn. Wescot-Williams zei dat zij met hem heeft gesproken en dat het diensthoofd ook overleg heeft gehad met de onderzoekers van het Soab.
Het Soab-rapport beveelt de regering aan het diensthoofd gelegenheid tot uitleg te geven. Ook moet volgens de accountants een quick scan worden uitgevoerd naar de operationele procedures bij de VDSM.
Door: Hilbert Haar