AMSTERDAM – Een staande ovatie van het publiek. Daarmee eindigde de wereldpremière van Tula, the Revolt op 25 juni in Amsterdam. Een propvolle zaal vol Antilliaanse genodigden gaf cast en crew na afloop op het podium een warm onthaal. De Curaçaose acteurs Giovanni Abath (Bastiaan Carpata in de film) en Hazel Sparen (Pedro Wacaaw) zijn onder de indruk. Sparen: “Onze geschiedenis staat nu op het scherm. Je kunt het zien, horen… bijna voelen.”
Verslag van wereldpremière Tula, the Revolt (bijdrage: Jamila Baaziz)
Abath net na de première: “Ik voel me emotioneel. Het was mijn eerste grote film, die bovendien een belangrijke historie van mijn eiland vertelt. Daar ben ik trots op. Het gaat erom dat mensen elkaar proberen te domineren, het gaat niet om zwart of blank. Dat kwam heel goed naar voren en dat vind ik goed. Met deze film is een deur geopend voor Curaçaos talent. Ik hoop dat meer mensen daar doorheen kunnen gaan.”
“Het is prima dat de film in Nederland in première gaat”, vindt Sparen. “Het is juist goed als de voormalige kolonisten ook deze film zien. De Nederlandse slavernij is vanuit hier georganiseerd.” De Britse acteur Paul Blazely hoopt dat ook Britten en Amerikanen naar Tula, the Revolt gaan: “Je ziet het slavernijverleden zelden vertelt vanuit het zwarte perspectief. Het is belangrijk dat dit verhaal verteld wordt, dat moet ook blijven gebeuren, want mensen zijn vergeetachtig.”
Gevoelens
Regisseur Jeroen Leinders maakte de film om meer begrip te krijgen voor de gevoelens van veel mensen in deze samenleving. En hoopt dat mensen zich bewuster worden van het verleden. Dat een witte Nederlander deze film maakt, vindt hij niet relevant: “De film gaat niet over verschil in kleur of discriminatie, het gaat over slavernij en over segregatie. Er is geen haat tussen slaven en blanken, maar er is een drang naar vrijheid.”
“Ik had af en toe moeite mijn tranen te bedwingen”, zegt Marvelyne Wiels, gevolmachtigd minister van Curaçao na afloop. “Omdat je ziet in welke omstandigheden onze voorouders hebben moeten leven. En dat daar tot de dag van vandaag onvoldoende respect voor is. Dat er mensen zijn die vinden dat we dit achter ons moeten laten, omdat het 150 jaar geleden is. Nou, het doet nog steeds zeer.’
Acteur Raymo Sambo was – boven zijn verwachting- geraakt door de film. “Ik ken het verhaal van Tula door en door, dus was benieuwd hoe dat verfilmd zou worden. Filmisch vind ik het mooi. Wat me opvalt is wel dat de makers artistieke vrijheid hebben genomen om de geschiedenis van Tula te vertellen. Hij koos er veel bewuster voor om een revolutionair te zijn dan in deze film. Maar het raakt me toch.” En kritische noot heeft hij ook: “Jammer dat de namen van de Curaçaose acteurs niet op de filmposter staan. Een gemiste kans!”
door: Jamila Baaziz