Jonge Caribische Nederlanders: op 4 mei mis ik aandacht voor ónze voorouders

AMSTERDAM – “Op 4 mei sta ik vooral stil bij de Antilliaanse oorlogshelden en de slachtoffers van de slavernij.” De Curaçaose Jermaine Anthony Zimmerman (22) en Ruthmila Martina (28) uit Amsterdam zeggen de reguliere dodenherdenking op 4 mei, zoals die nu is ingericht, ‘niet te voelen’.

Zij zijn niet de enigen die er zo over denken: op social media krijgt de hashtag ‘4 mei niet voor mij’ veel positieve aandacht van onder andere Surinaamse en Antilliaanse jongeren. “Ik ga niet meedoen met een lawaaiprotest, maar ga niet naar me wijzen omdat ik die ene minuut gewoon doorpraat, omdat ik mijn kids de échte geschiedenis leer”, luidt één van de vele reacties op Facebook.

Door Natasja Gibbs

Valika Smeulders, werkzaam bij het Rijksmuseum en gespecialiseerd in cultureel erfgoed, diversiteit en het koloniale verleden,  zegt ‘het gevoel van de jongeren te begrijpen’ en kan het ook verklaren. “Het is pas sinds een jaar of vijftien dat er meer onderzoek gedaan wordt naar de rol van eilanden in de Tweede Wereldoorlog.”

‘Wat we weten is nog vers en heeft nog niet structureel z’n weg gevonden naar nationale herdenkingen of het onderwijs’
– Valika Smeulders (Curator bij het Rijksmuseum)

“Wat we  weten is dus redelijk vers en heeft nog niet structureel z’n weg gevonden naar nationale herdenkingen of materiaal op school. Dus in het algemeen krijgen mensen er weinig van te horen. Maar de kennis is er wel, je moet er alleen wel naar zoeken.”

Dat is precies het probleem volgens de jongeren: zij willen niet dat de rol van hun voorouders tijdens de Tweede Wereldoorlog alleen maar aan het licht komt tijdens een grondige online zoekactie: “wij willen erkenning en meer educatie hierover voor iedereen.”

Welke rol speelden Antilliaanse Nederlanders in WOII?

Als je aan de Tweede Wereldoorlog denkt, dan denk je niet zo snel aan kolonialisme. En toch zou je dat volgens historicus Valika Smeulders wel moeten doen. “Antillianen die in de jaren ’30 naar Nederland kwamen, waren daar al langer bezig met het opbouwen van een samenleving na het afschaffen van een racistisch systeem. Zij herkenden al heel snel het gevaar van buitensluiting in het fascime dat opkwam in Europa. Relatief veel van hen kwamen in verzet en speelden een rol in het verdedigen en bevrijden van Nederland.”

“Zestig procent van de brandstof voor alle geallieerde gevechtsvliegtuigen kwam van de Antillen. Die daardoor ook onder vuur kwamen te liggen. Daarnaast hebben mensen op de Antillen geld ingezameld om Nederland door de hongerwinter te helpen, en te helpen een gevechtsvliegtuig te kopen.”

Kilian Wawoe heeft Curaçaose roots en zit in het bestuur van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Hij vindt dat er juist wel voldoende aandacht wordt besteed aan de rol van de Caribische Nederlanders tijdens de Tweede Wereldoorlog. “We herdenken helden zoals George Maduro en Boy Ecury. Daar zijn dan ook de gevolmachtigde ministers van de eilanden bij. Bovendien vertellen we ook over deze helden en de belangrijke rol van de eilanden in het ‘4 en 5 mei Denkboek’. Dat boek krijgen alle kinderen in het hele Nederlandse koninkrijk op de basisschool.”

‘Deze discussie gaat eigenlijk over niet gezien worden in de maatschappij’
– Kilian Wawoe (Bestuurslid Nationaal Comité 4 en 5 mei)

Wawoe denkt dat ‘het probleem’ van de ontevreden jongeren dieper ligt: “Deze discussie gaat eigenlijk over niet gezien worden in de maatschappij en te weinig aandacht voor het leed dat zij willen benoemen: het slavernijverleden en kolonialisme. Dat is een serieuze zaak waar we zeker aandacht aan moeten besteden. Alleen hoort dat, hoe hard het ook klinkt, niet bij de 4 mei herdenking.”

“Die dagen gaan echt alleen over de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Als de jongeren die niet tevreden zijn, met ons over de invulling daarvan willen praten dan zijn ze van harte welkom.”

‘We moeten ook zelf initiatief nemen en bijdragen aan verandering van binnenuit’
– Valika Smeulders (Curator bij het Rijksmuseum)

Smeulders raadt de jongeren aan om het gesprek aan te gaan en niet af te wachten of verbitterd te raken. “Als je ziet dat er informatie ontbreekt doe er dan wat aan. Zelf organiseer ik wandelingen in Den Haag waarmee ik informatie geef over Caribische helden uit de Tweede Wereldoorlog. Dat maakt heel veel los, zowel bij Caribische mensen als bij Nederlanders.”

“Door zelf meer bij te dragen aan wat er verteld wordt, kunnen ook de Caribische verhalen uiteindelijk onderdeel worden van de algemene 4 mei herdenking.”