WILLEMSTAD – Een tot tranen toe geroerde Gerrit Schotte spreekt op de tweede dag van de zaak Babel in zijn laatste woord tot de rechter: “Als u vindt dat ik een straf verdien, straf mij dan en niet mijn vrouw door ons kind weg te halen bij haar moeder.”
Dit emotionele betoog staat in schril contrast met de zakelijkheid waarop de oud-premier twee dagen eerder nog op elke vraag van de rechter ‘zwijgrecht’ herhaalde. Schotte wordt verdacht van ambtelijke omkoping, witwassen, valsheid in geschrifte, valse aangifte van verlies van zijn diplomatieke paspoort en het bezit van jammers. Het Openbaar Ministerie (OM) en advocaat Eldon ‘Peppie’ Sulvaran herhaalden op de tweede zittingsdag tijdens repliek en dupliek hun eerdere betoog. Er kwamen geen nieuwe feiten meer aan het licht.
Karaktermoord
Cicely van der Dijs, partner van de MFK-leider, blikt terug: “Ik heb schrammen en blauwe plekken overgehouden aan de aanhouding, moest mijn dochter afstaan en heb twee dagen in gevangeniskleding moeten rondlopen als een veroordeelde. Er is karaktermoord gepleegd op mijn persoon, de media hebben mij al veroordeeld, en die schade kan nooit meer ongedaan gemaakt worden.”
Schotte eindigt met een spijtbetuiging: “Als ik iets kon terugdraaien, dan zou ik mijn school hebben afgemaakt. Maar ik was een kind, geen crimineel. Ik heb nog altijd de droom om iets positiefs bij te dragen aan mijn land Curaçao.” Het OM en advocaat Sulvaran willen na afloop de media niet te woord staan, want over en weer zijn verwijten gemaakt over ‘trial by media’.
De uitspraak in de zaak Babel is op 11 maart.
Door Anneke Polak