PHILIPSBURG – Tweehonderd gedelegeerden uit 28 landen wonen deze week het congres bij van de Internationale Vereniging voor Caribische Archeologie (Iaca) in Sint Maarten. De deelnemers gaan door een intensief vijfdaags programma waarbij archeologen 115 studies presenteren in flits presentaties, die niet langer dan een kwartier duren.
Iaca-voorzitter Reginald Murphy opende het congres op maandagmorgen in de aanwezigheid van onder meer minister-president Marcel Gumbs en Toerisme en Economische Zaken Minister Claret Connor. Het congres wordt om de twee jaar gehouden. Het eerste congres vond 26 jaar geleden op Curaçao plaats.
Erfgoedmanagement
Hoewel het congres voor buitenstaanders nogal technisch van aard is, kreeg het toch een aards tintje met de presentatie van een boek door Corinne Hofman van de Universiteit Leiden en St. Maarten’s archeoloog Jay Haviser. Het boek snijdt het gevoelige onderwerp aan van archeologisch erfgoedmanagement in het Caribisch gebied.
Daarmee is het niet al te best gesteld, zo blijkt uit het boek. De archeologen stellen dat de eilanden in een “spiraal van besluiteloosheid” zijn beland. Er zijn op alle eilanden genoeg wetten en ook instanties die zich met de bescherming van archeologisch erfgoed bezighouden, maar toezicht op de naleving van de regels ontbreekt. Dit is vaak ingegeven door tekort aan getraind personeel en geldgebrek. “Het is heel belangrijk dat dit onder de aandacht wordt gebracht,” meent Corinne Hofman.
Jeugd
Jay Haviser liet tijdens de openingsceremonie een video zien die de betrokkenheid aantoont van de jeugd bij archeologie in Sint Maarten – via de Simarc Jeugd en Wetenschap Groep. “We wonen niet in een ivoren toren,” zegt Haviser. “Archeologie is een onderdeel van een grotere machinerie van overheid, onze gemeenschap en onze cultuur.”
Door Hilbert Haar