DEN HAAG – Het is tijd dat het Papiaments een eigen taalinstituut krijgt, pleiten liefhebbers tijdens een bijeenkomst in Den Haag. In een bomvolle zaal heeft de Nederlandse Taalunie een lezing gegeven over hun ervaringen met het Nederlands en de toegevoegde waarde van een taalunie.
Een Papiaments taalunie is noodzakelijk voor de toekomst van het Papiaments, stelt Ruben Severina van stichting SPLIKA. Het zou veel voordelen met zich meebrengen voor de maatschappij. De Nederlandse Taalunie zegt bereid te zijn om expertise te delen bij de oprichting van de Papiamentse taalunie.
John Samson in gesprek met Ruben Severina
De verschillende soorten spelling van het Papiaments kosten de eilanden ‘bakken vol geld’, zegt Severina. Er zou een grote economisch belang zijn dat de spelling wordt omgezet, omdat het vertaalwerk bespaart. Daar hebben niet alleen schrijvers van de verschillende eilanden baat bij, maar ook het onderwijs op de eilanden.
De komende tijd wil de stichting verder met de Antilliaanse gemeenschap in Nederland discussiëren over de vorm van een Papiamentse taalunie. Ook de mogelijke veranderingen die het Papiaments moet ondergaan, zoals de spelling, worden in het najaar van 2015 besproken.
Geen officiële taal
Taalkundigen zijn het erover eens: het Papiaments is een taal en geen dialect. Maar door UNESCO wordt het nog niet officieel erkend. Dat komt doordat het Koninkrijk zelf nog niet de nodige inspanningen heeft gedaan voor het Papiamentu, in tegenstelling tot het Fries dat door de UNESCO wel erkend wordt. Een Papiamentse TaalUnie zou daar verandering in kunnen brengen.
Door John Samson