Minister Plasterk ontmoet een lid van Mega D Youth Foundation – foto: The Daily Herald / Althea Merkman
ORANJESTAD – Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ronald Plasterk was van plan het over kinderrechten te hebben, maar het ging vandaag tijdens zijn bezoek aan St. Eustatius toch vooral over het referendum.
Hij had het al eerder in de Tweede Kamer gezegd en liet het ook nu tijdens zijn vier uur durende bezoek aan het eiland weten: het referendum en de nasleep daarvan zijn een aangelegenheid van Statia en van de Statianen.
Ongeldig
Het constitutioneel referendum, dat op 17 december werd gehouden, werd ongeldig verklaard omdat niet meer dan 45.5 procent van de kiesgerechtigden kwam opdagen. Minimaal 60 procent was vereist.
Na afloop regende het klachten over niet minder dan 830 stemkaarten, die door het postbedrijf als onbestelbaar werden geretourneerd. Ook zouden personen foutief in het kiesregister zijn opgenomen. Klachten, die zijn ingediend bij gezaghebber en hoofd van het stembureau Gerald Berkel, maken melding van stemkaarten die aan overleden personen zouden zijn verstrekt en aan inwoners die allang niet meer op Statia zouden verblijven.
Minister Plasterk wilde nergens op ingaan. “Het enige dat ik wil zeggen is dat elk volk het recht heeft te beslissen over zijn eigen eiland”, zei hij in antwoord op vragen van de media. Plasterk zei dat het niet aan hem was om te beslissen hoe het referendum wordt geëvalueerd. “Wat het volk en de regering van Statia beslissen, is hun eigen verantwoordelijkheid en ik zal daar niet in treden. Ik heb het eerder gezegd en zal blijven zeggen dat het volk van Statia het recht heeft om de richting van hun eigen eiland te bepalen en ik zal dat respecteren.”
Kinderrechten
Omdat het bezoek van de minister in het teken van kinderrechten stond, bezocht hij onder meer het Centrum voor Jeugd en Gezin en Mega D Youth Foundation. Ook had hij een gesprek met het bestuurscollege.
In november 2013 bezocht Plasterk het eiland in het kielzog van koning Willem-Alexander en koningin Máxima. Toen was het één groot feest, en nu vooral aanpoten. “Het kan niet altijd feest zijn”, liet de minister gelaten weten.
Door John van Kerkhof