Straatbeplanting klopt niet en sterft af door gebrek aan budget
In tegenstelling tot de beweringen van Openbare Werken, staan de bomen niet op acht meter afstand van elkaar staan - foto: Michelle da Costa Gomez

In tegenstelling tot de beweringen van Openbare Werken, staan de bomen niet op 9 meter afstand van elkaar – foto: Michelle da Costa Gomez

WILLEMSTAD – De bomen en planten langs de autowegen die moeten dienen voor het verbeteren van de verkeersveiligheid, worden slecht of niet onderhouden. Bovendien wordt bij nieuwe beplanting de verkeerde bomen gebruikt.

 
Openbare Werken (OW) van het ministerie van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning is verantwoordelijk voor de bomen en planten die langs de openbare wegen zijn geplant. Ze behoren tot het straatmeubilair en worden niet gezien als plantsoenen waar de plantsoenendienst van het voormalig LVV voor moet zorgen.

 
Verkeersveiligheid
Frensel Mercilia is hoofd afdeling projectontwikkeling en advies bij OW. “De bomen worden ingezet als onderdeel van verkeersveiligheid. Langs dubbele wegen zoals tussen Betesda en de rotonde van Julianadorp moeten deze op 9 meter afstand van elkaar worden geplant. In de bebouwde kom op 7.5 meter van elkaar”, zegt hij.

 
Door scheiding tussen voetpaden en autowegen ontstaat een tunneleffect waardoor automobilist rustiger gaan rijden. Er wordt gewerkt met planten die bij een eventuele botsing met een auto kapot gaan, maar de automobilist in leven laten.

 
Inheems
De vegetatie die geplant zou worden langs het wegdek tussen Betesda en de rotonde van Julianadorp moest inheems zijn; dat werd voorgeschreven in het projectdossier. Mercilia zegt daar niks van te weten. “Er worden nu sabalpalmen geplant”, zegt hij en meent zelfs dat dit zo in het projectdossier staat.

 
Als verklaring waarom niet structureel wordt gewerkt met inheemse planten in plaats van ingevoerde bomen zegt hij: “Onze dienst heeft vaak verzocht om informatie over inheemse vegetatie voor de beplanting langs wegen. Maar we hebben nooit antwoord gekregen. Wat men zich wel moet realiseren is dat voor dit soort projecten reeds grote planten en bomen nodig zijn. Met kleine planten als straatmeubilair, schiet je je doel voorbij. Ook wordt de kans dat de planten gestolen worden dan groter.”

 
Rignald Christina van Veilig Verkeer Curaçao zegt dat straatbeplanting groen van kleur moet zijn voor de verkeersveiligheid. “Internationaal wordt er groen gebruikt om rust te bewerkstelligen. Het is ook een bescherming tegen eventuele tegenliggers.”

 
Volgens Christina is het onderhoud van vangrails veel duurder dan het onderhoud van een groene heg tussen wegen. Veilig Verkeer Curaçao wordt niet betrokken bij de realisatie van wegenaanpassingen zoals tussen Betesda en de rotonde van Julianadorp.

 
Onderhoud
Toen Curaçao nog onder financiële curatele stond van Nederland door de aanwijzing die in 2012 werd opgelegd, werden de overheidsuitgaven streng beperkt. De aanwijzing is weliswaar van tafel, maar de strenge bestedingsregels voor overheidsdiensten zijn niet weggehaald. Door deze regels is er een grote vertraging ontstaan bij het houden van openbare aanbestedingen voor het onderhoud van straatmeubilair waaronder de bomen die in bermen worden geplant.

 
“Elke uitgave van meer dan 250.000 gulden moet eerst voor toestemming naar de Dienst Financiën worden gestuurd. Het duurt lang voor deze toestemming komt waardoor verschillende werkzaamheden blijven liggen”, zegt een ambtenaar niet bij naam genoemd wil worden.

 
Door Michelle da Costa Gomez