Vesuvius-verdachten ontkennen alles

PHILIPSBURG – “Ik vind het niet eerlijk dat ik zo lang zit voor iets waar ik niets mee te maken heb,” waren de laatste woorden van bendeleider Omar Jones in het geruchtmakende Vesuvius-proces.

 
Zijn rechterhand Carlos Richardson bracht een soortgelijk sentiment tot uitdrukking. “Dit is allemaal bullshit. Ik ben helemaal niet betrokken bij de moorden en ik wil terug naar mijn familie.”

 
Beide verdachten stonden in hoger beroep voor het Gemeenschappelijk Hof met een veroordeling tot levenslange gevangenisstraf. Het Hof doet op 20 december uitspraak, ook in de zaken van vijf andere verdachten.

 
Aanslag
Jones en Richardson worden verdacht van een aanslag op Omax Bye, de vermoedelijke moordenaar van Jones’ broer Amador, en van moorden op Miguel en Rodolfo Arrindell, Eric Lake en Kevin Gumbs. Ze worden ook verdacht van verboden wapenbezit en lidmaatschap van een criminele organisatie.

 
De advocate voor Jones en Richardson, Brenda Brooks, kwam gisteren aan het woord. Ze beschuldigde het Openbaar Ministerie (OM) van selectief gebruik van getuigenverklaringen. Ze vocht het gebruik van anonieme getuigen aan en verklaarde in alle moordzaken dat er geen sluitend bewijs is tegen Jones en Richardson.

 
Scenario’s
Brooks zei ook dat er alternatieve scenario’s bestaan voor de moord op Miguel Arrindell, die een verdachte was in het Snowflake-onderzoek. Die zaak draaide om honderden kilo’s cocaïne. Arrindell werd op 25 mei 2011 vermoord, een dag voor hij voor de rechtbank moest verschijnen. Volgens Brooks was Arrindell miljoenen dollars schuldig aan de Colombiaanse drugsmaffia en zou de moordenaar uit die hoek komen.

 
Advocaat-generaal Taco Stein schoof alle verweren van de verdediging terzijde. Brooks verzocht het Hof nog goed te kijken naar recente juridische ontwikkelingen van de toelaatbaarheid van levenslange gevangenisstraf in St. Maarten.

 
Door Hilbert Haar