Glenka Antonia (26) sluit haar ogen vlak voor ze aanloopt. In haar hoofd loopt ze elke stap na. Niet hoger, maar naar voren duwen. Rustig beginnen, versnellen, afzetten. “Ik zie de sprong al voordat ik hem maak,” zegt ze. “Als er iets fout gaat in mijn hoofd, gaat het ook fout in de sprong.” Ze woont en traint in Nederland, maar komt uit voor Curacao. Vorige week sprong de hoogspringster naar de tweede plaats op de Bolivariaanse Spelen in Peru. Geen verrassing, zegt ze zelf. “Ja, want ik ben wel goed. Dus ik verwacht dat ik win.”
Antonia begon niet meteen als hoogspringster. Ze deed in haar jeugd meer atletiekonderdelen en wilde eigenlijk de 200 meter hardlopen. “Maar dat was altijd tegelijk met hoogspringen. Dus ik moest kiezen,” vertelt ze. Het werd springen. “Ik vond het leuk en ik was er ook goed in.”
Haar eerste wedstrijd staat haar nog helder bij. In 2017 deed ze mee aan verspringen. “Het was leuk. Ik had helemaal niet verwacht iets te winnen, maar dat gebeurde wel. Dat voelde meteen goed.”
Twijfel in Nederland
Om zich verder te ontwikkelen, vertrok Antonia op haar achttiende naar Nederland. Dat deed ze in eerste instantie voor de sport, later combineerde ze het met studeren. Inmiddels is ze afgestudeerd als admnistratief medewerker en richt ze zich volledig op werken en trainen.
De overstap naar Nederland bracht ook twijfel. Niet over haar sport, maar over de begeleiding. “Ik kreeg altijd dezelfde training. Ik ging niet vooruit,” zegt ze. Ze probeerde het gesprek aan te gaan met haar coach. “Hij paste iets aan, maar daarna ging hij weer terug naar het oude systeem.”
Het werd een breekpunt. “Ik wilde mijn doelen bereiken. Dan moet je soms moeilijke keuzes maken.” Tijdens een wedstrijd, vlak nadat haar coach met vakantie was, stond ze er alleen voor. “En toen sprong ik een persoonlijk record. Dat moment was belangrijk. Toen wist ik dat ik moest veranderen.”
Springen begint in het hoofd
Hoogspringen is voor Antonia minstens zo mentaal als fysiek. “Alles moet perfect,” zegt ze. “Focus is alles.” Voor elke sprong sluit ze haar ogen en doorloopt ze het proces. Stap voor stap. “Ik denk aan de aanloop, aan het afzetten. Als dat goed zit, gaat de rest vanzelf.”
Die mentale scherpte helpt haar ook op momenten dat het tegenzit. Zoals recent, toen bleek dat ze ondanks een goede ‘ranking’ niet was ingeschreven voor het Europees kampioenschap. “Ik hoorde het pas achteraf,” vertelt ze. “De inschrijving was al gesloten. Ze konden niets meer doen. Dat was een grote kans voor mij.”
Curaçao blijft dichtbij
Antonia woont en traint in Nederland, maar komt uit voor Curaçao. Dat voelt voor haar vanzelfsprekend. “Ik moest naar Nederland om te kunnen trainen, omdat er op Curaçao geen coach was,” zegt ze. “Maar ik kom van Curaçao. Dat is het land waar ik voor wil uitkomen.”
Hoogspringen is op het eiland geen grote discipline. “Er zijn veel sprinters, maar bijna geen hoogspringers. Dat maakt het bijzonder.” Tijdens haar voorbereiding op Peru gaf ze een clinic op Curaçao. “Mensen stelden veel vragen. Ze wilden weten wat er achter rennen en springen zit. Dat vond ik mooi om te zien.”
Familie en offers
De steun van haar familie speelde een grote rol. Vooral haar vader. “Hij heeft veel voor mij gedaan,” zegt ze. “Niet iedereen ziet dat. Er is veel geld en tijd in gegaan.” De zilveren medaille in Peru voelde voor haar dan ook als erkenning. “Mijn familie was heel blij. Ze zagen dat het niet voor niets is geweest.”
Blik vooruit
Na Peru richt Antonia zich op nieuwe doelen. Ze werkt toe naar internationale wedstrijden en wil haar limieten verder aanscherpen. “Ik sta goed in de ranking, maar ik wil de limiet halen. Dan weet ik zeker dat ik erbij ben.”
Haar grote droom is helder. “De Olympische Spelen,” zegt ze zonder aarzeling. “Dat wilde ik al toen ik klein was.” Of het realistisch is? “Ja. Tuurlijk.”
Wie denkt dat haar leven alleen uit trainen bestaat, vergist zich. “Je moet ook leven,” zegt Antonia. “Ik ga trainen, maar ik ga ook uit eten, ik zie mijn vrienden. Je kunt niet alles alleen aan sport geven.” Ze lacht. “Balans is belangrijk. Dat houdt me scherp.”