Huisreparaties en ‘zakelijke etentjes’ leiden tot 20 maanden cel voor ex-gevolmachtigde minister Besaril

Foto: Melissa Stamper

De ex-gevolmachtigde minister van Aruba in Nederland, Guillfred Besaril (MEP), is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 20 maanden cel, waarvan tien maanden voorwaardelijk voor ambtelijke verduistering en misbruik van zijn functie. Daarnaast moet hij een bedrag van 138.688,73 florin betalen voor het ‘verkregen voordeel’ in zijn hoedanigheid als gevolmachtigde minister bij het Arubahuis in de periode van 2017-2022. Dat heeft de rechtbank op Aruba bepaald.

Besaril heeft het Arubahuis laten betalen voor zaken waarvoor het geld helemaal niet was bedoeld. Die waren voornamelijk privéaangelegenheden, waarvan hij ‘volstrekt en onterecht’ meende dat deze in rekening van het land konden worden gebracht. Hiermee heeft hij ook misbruik gemaakt van zijn functie, zo luidt het oordeel van de rechter.

Privévoordeel
Het te ontnemen bedrag valt lager dan de eis van het Openbaar Ministerie (OM) die aan deze zaak een ontneming had gekoppeld van ruim 197.000 florin. Zo heeft Besaril ruim 14.000 florin privévoordeel gehad door het land Aruba te laten betalen voor communicatiediensten van telecombedrijf Setar terwijl hier geen ‘enkele goede reden voor was’.

Hij is vrijgesproken voor een deel van de kosten voor de meubilering van de huurwoning als ook de schoonmaakkosten, omdat deze in rekening konden worden gebracht aan het land Aruba, aldus de
rechtbank. Voor de rest van de kosten aan de huurwoning is dat een ander verhaal. Voor de verbouwing van de huurwoning, de aanschaf van babymeubels en een alarminstallatie, stelt de rechter vast dat deze gelden onttrokken zijn aan hun bestemming en dat Besaril hieraan privévoordeel heeft gehad van ruim 72.000 florin.

Wel verduistering, geen voordeel
Voor het onderdeel ‘dienstverlening’ is Besaril veroordeeld voor verduistering van 20.000 florin aan externe PR-diensten van het bedrijf Elever, maar is er volgens de rechter onvoldoende bewijs om te zeggen dat de diensten expliciet voor privégebruik waren.

‘Voor spek en bonen’
Ook mede-verdachte, oormalig waarnemend directeur van het Arubahuis G.L., kreeg een gevangenisstraf. Hij kreeg 180 dagen cel, waarvan 171 dagen voorwaardelijk, opgelegd en een taakstraf van 200 uren voor ambtelijke verduistering en misbruik van zijn functie als directeur. Volgens de rechter was L. betrokken door betalingsopdrachten te geven of deze te accorderen, stelt de rechter.

“Van een directeur mag je verwachten dat hij een bevorderlijke visie vervult, actief toeziet op de integriteit van de processen binnen zijn organisatie en dat hij concreet en effectief actie onderneemt als er iets misgaat. U heeft dat niet gedaan”, vindt de rechter. Tekenend vindt de rechtbank dat L. over zijn eigen functioneren heeft verklaard dat hij ‘voor spek en bonen was’. 

“Treffender kan het niet worden geformuleerd, u bent hierdoor medeverantwoordelijk voor de schade die in deze zaak is toegebracht”, concludeert de rechtbank. Hierbij hield de rechtbank rekening mee dat L. geen financieel voordeel heeft gehad, openheid van zaken heeft gegeven tijdens het onderzoek en ook uitdrukkelijk spijt heeft betuigd over zijn rol in de zaak.


G.L bij de behandeling van de zaak Tulipan. Foto Melissa Stamper

Etentjes en dienstreizen
Met betrekking tot zijn vakantie en dienstreis op Aruba werd Besaril vrijgesproken voor de VIP-services en heeft hij uiteindelijk ruim 5.000 florin privévoordeel gehad door de pinpas van het Arubahuis te gebruiken voor de huurauto, tankbeurten, etentjes en boodschappen op Aruba. Ook heeft Besaril van het pinpasgebruik voor etentjes in restaurants in zowel Nederland als op Aruba een privévoordeel gekregen van ruim 43.000 florin. Samen komt dit tot het bedrag van 138.688,73 florin. Wanneer Besaril dit niet kan betalen, kan hem een jaar celstraf worden opgelegd.


Restaurant Rodizio in Den Haag, waar Besaril in de periode van 2018 tot 2021 regelmatig zakelijke etentjes hield. Foto Rodizio

Grote schade aan integriteit
Door zijn eigen welbevinden en gerief op deze wijze voorop te stellen, heeft hij grote (financiële) schade toegebracht aan de integriteit van de openbare dienst en het land. Dat dit voor een langere periode heeft plaatsgevonden en als vanzelfsprekend werd gezien, weegt voor de rechter zwaar.

“Het gaat om de integriteit van het vervullen van de openbare dienst. Ook als er geen sprake is van regelgeving of afspraken, moet altijd het uitgangspunt zijn dat overheidsgeld alleen kan worden uitgegeven aan zaken die verband houden met enig door het land dienende belang”, aldus rechter Lensink.