‘Ik wil geen geld verdienen ten koste van een ander’

Foto: Archief Ace Suares

In een serie interviews zet Caribisch Netwerk de spotlight op mensen die op Curaçao strijden voor een bijzondere zaak. Ze willen iets bereiken en laten zich door niets en niemand van de wijs brengen. Wat drijft deze mensen? Deel 6: Ace Suares die vindt dat elk kind recht heeft op toegang tot een computer en internet.

Wie zich verrijkt, maakt slachtoffers. Dat gaat altijd over de ruggen van anderen. Daar is Ace Suares (59) van overtuigd. Dus voor Ace geen carrière in de snelle wereld van internet en software. Hij kiest een andere weg, ver van het grote geld.

Ace is een buitenbeentje. Hij en zijn geadopteerde zusje zijn in het Groningse dorp, samen met een Ambonees gezin, de enigen die een kleurtje hebben. Maar dat is het niet. Hij is ook nog slim en verslindt als klein jochie al boeken. Dat klopt niet. En na zijn eerste computerles is hij direct verkocht. Dat is pas echt apart.

Hij heeft meteen dat gevoel van ‘hiermee is alles mogelijk’. Je kunt dat apparaat ingeven wat het moet doen en dan doet het dat. Op de administratie van de middelbare school staat een computer. Ace weet nog precies welke: een Commodore Business Machine 8032. Daar, in dat kamertje van de secretaresse van de school, ligt de basis van zijn kennis van programmeren en software.


Liever op school dan thuis

Dit zijn de jaren dat hij vooral heel graag niét thuis is. Ace is een uur voordat de lessen beginnen al op school. Van de rector krijgt hij de sleutels van de bibliotheek en het muzieklokaal. Hij mag tot ’s avonds half negen blijven, tot dat de schoonmaakploeg weggaat en afsluit. Hij zit achter de computer en als het even te moeilijk wordt, pakt hij een boek of speelt wat op de piano.

Zo programmeert hij zijn eerste softwareprogramma voor de school. Hij is vijftien, misschien net zestien, en begint gewoon. Dit is iets nieuws. Hier zijn geen boeken over, internet bestaat nog niet. Hij moet alles zelf uitdenken. Zelfs hoe het programma zorgt dat je aan het einde van een regel naar de volgende gaat.


Fotoarchief Ace Suares

In de zesde klas van de middelbare school besluit Ace dat hij de rest van zijn leven niet dag en nacht achter een computer wil zitten. Hij wil geen nerd worden. Hij solliciteert op de parttimebaan die hij zo goed heeft leren kennen: secretaresse van zijn school. Het andere deel van de werkweek kan hij dan softwareprogramma’s voor scholen maken en in zijn vrije tijd wil hij eindelijk eens culturele dingen gaan doen. Dezelfde sollicitatiebrief voor het examen Nederlands levert hij ook in bij de rector.


Liever voor de mens dan voor het geld

Zijn ouders en de rector denken er anders over. Wie vwo heeft, gaat studeren. Hij begint met de studie informatica in Nijmegen. Artificieel Intelligence (AI) is dan, eind jaren tachtig, het nieuwste van het nieuwste. Heel interessant allemaal, maar Ace weet ook dat succes staat voor een baan bij een grote financiële instelling óf het leger, voor veel geld verdienen over de ruggen van anderen. Nee, daar wil hij niet aan meedoen.

Dus kiest hij na zijn propedeuse informatica voor een andere weg. Die waar je een ander juist niet benadeeld. In Nijmegen woont hij in woongemeenschap De Refter. Hier borrelt het van de alternatieve initiatieven. De een bakt zelf brood, anderen richten een voedselcoöperatie op en Ace helpt bij de bouw van een muziekoefenruimte en een dak met zonnepanelen.

Zo rolt hij in de wereld van milieuorganisaties, eco-festivals en activisme. Die non-profit organisaties hebben computers die met elkaar samen moeten werken. Dat gaat over software en besturingssystemen. Helemaal Ace zijn ding.

Eerst is hij nog onbetaald systeembeheerder bij grote evenementen en protestacties. Dan volgen klanten in de culturele sector en de milieubeweging, zoals poppodium Paradiso en Milieudefensie. Stuk voor stuk organisaties zonder winstoogmerk. Hij legt netwerken aan, leidt systeembeheerders op en kan er goed van leven.

Liever dromen dan bedriegen
Ace beseft maar al te goed hoeveel geluk hij heeft gehad dat ze hem zijn gang lieten gaan op die middelbare school in Nederland. Hij heeft altijd zijn brood kunnen verdienen als systeembeheerder en softwareontwikkelaar. Die kans wenst hij alle kinderen toe, zeker op Curaçao.

In 2002 komt hij terug op zijn geboorte-eiland en ziet dat hij kan helpen bij de digitalisering van het onderwijs. Hij brengt een schat aan kennis mee en weet alles van computers en de systemen waarop die draaien. Ace heeft een droom: computers en internet op alle scholen. En die lijkt in vervulling te gaan als hij in 2013 door de overheid wordt aangesteld als ‘programmamanager digitalisering onderwijs’.

Ace heeft negentien miljoen gulden beschikbaar, schrijft een plan voor onder andere de aanschaf van de laptops, het opleiden van ict-coördinatoren en het maken van educatief materiaal. Na jaren van kleine projecten, krijgt hij eindelijk de kans om het in één keer te fixen op alle openbare scholen. Nu weet hij beter. Andere belangen geven vaak de doorslag. Het geld komt ergens anders terecht en niet bij de kinderen op de scholen.


Geloof in arme kinderen

Ace laat zich niet uit het veld slaan en richt zich op nieuwe projecten. ‘Nos ta Konektá’ begint in 2014 in Otrobanda en gaat dan verder in Souax, Seru Domi en Nieuw-Nederland. Kinderen krijgen een jaar internet thuis en lenen een computer. Daarvoor moeten ze elke twee weken op les komen. Tegen alle verwachtingen in komen bijna alle laptops heelhuids terug. Hele gezinnen maken gebruik van de zoekfuncties op internet, de kinderen krijgen meer zelfvertrouwen en ze presteren beter op school.

En dan is er ‘Luna di Stima’, gericht op techniek en georganiseerd door de stichting voor naschoolse educatie Fundashon Desaroyo i Progreso. De kinderen leren programmeren, ontdekken met lego hoe bijvoorbeeld een tandwiel werkt en maken vervolgens hun eigen robotje van lego.

Ace geniet. Hij ziet hoe die kinderen ontdekken wat hij als jochie op de lagere school ontdekte. Die blijdschap, die verwondering. Met het geld van particuliere sponsors zorgt hij dat verschillende scholen die al internet hebben, ook wifi krijgen. Want ja, wat moet je met internet zonder wifi?

Moe gestreden
Hij doet het graag en bijna voor niets, dat is zijn bijdrage. Maar het zou beter kunnen met wat steun van de overheid. Dus probeert hij het in 2021 toch nog eens. Nee, onmogelijk, is de boodschap. Zijn initiatief druist in tegen de plannen van het ministerie.


Fotoarchief Ace Suares

En dan knapt er iets. Na twintig jaar hard werken aan al die verschillende projecten. Niet hij alleen, maar een team van bevlogen mensen. Al die tegenwerking. Het is genoeg. Ace is moe gestreden.

Achter de computer zitten, lukt niet meer zo goed. Hij is nu vaker met zijn handen bezig. In de tuin, tussen de planten. Of aan de werktafel. Daar knutselt hij ‘kunstwerkjes’ in elkaar van oude computeronderdelen. Toch zijn er altijd nog twee of drie kleine projecten waar hij zich voor inzet. Want helemaal opgeven, nee, dat kan hij niet.