ORANJESTAD – Met de vuilnisverbrandingsoven bij afvalstort Parkietenbos laat de Arubaanse overheid opnieuw de wet na te leven ter bescherming van mensen en natuur. Ook wordt een recent vonnis door de rechter niet opgevolgd. Daarbij is de overheid niet transparant in het proces, terwijl dit één van de regeringsprioriteiten is van het (demissionaire) kabinet Wever-Croes.
Dit blijkt uit gerechtelijke stukken en reacties op vragen van Caribisch Netwerk aan de betrokken overheidsinstanties. Hieronder de belangrijkste bevindingen:
Overheid plaatste verbrandingsoven illegaal, vlakbij woonwijken
In september 2019 plaatst de overheid de verbrandingsoven (incinerator) om slib van rioolwaterzuiveringsinstallaties, kadavers en medisch afval te verbranden. Zodat dit niet meer in de openlucht wordt gedaan, een situatie die de toenmalige verantwoordelijke minister al aangaf als ‘gevaarlijk en heel onhygiënisch’.
Voor de omwonenden betekent dat deze oven in hun buurt erbij komt, naast de overlast van de overvolle vuilstort Parkietenbos en kleinere vuilstort Seroe Teishi die de overvolle dump Parkietenbos had moeten ontlasten maar ook hinder veroorzaakt. Ze zijn dan ook al vanaf het begin bang – gezien de historie van falend handelen van de overheid om hun gezondheid en leefbaarheid te beschermen – dat deze verbrandingsoven een koppijn erbij gaat betekenen.
Lang hoeven ze daarop niet te wachten: de faciliteit wordt meerdere keren getest en dat zorgt voor grote stankoverlast in de buurt. Bewoners en ook personeel dat bij de vuilstort werkt, zeggen er ziek van te worden. Op 27 juli 2020 vraagt het ministerie van Ruimtelijke Ontwikkeling, Infrastructuur en Milieu samen met overheidsdienst Dienst Openbare Werken (DOW) zelfs medewerking van ‘iedereen in de buurt’ dat ze vijf dagen kunnen testen. Dat is volgens hen onder andere nodig voor ‘het proces van de hindervergunning zoals vastgelegd in de wet’.
Maar de wet (Hinderverordening) schrijft voor dat inrichtingen (installaties als verbrandingsoven) die hinder, schade of gevaar voor de omgeving kunnen brengen, al vóór het oprichten over zo’n vergunning moeten beschikken. Dus de overheid overtreedt niet alleen de wet om het testen, maar al vanaf het begin met de plaatsing van de oven.
Niet volgens de wet noch volgens vonnis rechter
DOW is de aanvrager van de hindervergunning die pas maanden later op 23 december 2020 die krijgt toegewezen en vervolgens in mei 2021 pas publiek maakt. Op de vraag waarom ze in strijd hebben gehandeld, daarop laten ze de beantwoording over aan directeur George Croes van Directie Wetgeving en Juridische Zaken. Die zegt:
“Of de oven legaal of illegaal is geplaatst? Om met een activiteit te beginnen die onder de Hinderverordening (wet) valt, heb je een hindervergunning nodig, ja. Je kan dus al installeren wat vee gebeurt in de praktijk. Maar je mag die nog niet in werking stellen. En je loopt natuurlijk een risico dat de vergunning kan worden afgewezen.”
Echter in artikel 1 van de Hinderverordening staat duidelijk dat het oprichten dus installeren al verboden is. De rechter heeft dit bovendien bevestigd in de zaak die bewoner Anouk Balentina had aangespannen nadat de overheid dus in juli vorig jaar al ging testen met de illegaal geplaatste verbrandingsoven.
Ook over het testen geeft directeur Croes dan ook een antwoord dat eveneens onjuist is:
“Met de test run nam de overheid een risico en mevrouw Balentina heeft als burger rechten om naar de rechter te stappen en die gaf haar gelijk dat niet mag opstarten, dat ze (de overheid) mag het apparaat niet eens testen tot de hindervergunning er is.”
In het vonnis van 21 augustus zegt de rechter duidelijk dat ook met het oprichten de overheid al onrechtmatig handelt ‘jegens onder meer (het gezin) van Balentina’.
Geen persoonlijk bericht en ook geen hoorzitting
Croes legt ook uit waarom burgers die vorig jaar bezwaren indienden tegen het afgeven van die hindervergunning, geen bericht hebben gekregen. Zij lazen pas eind mei in de krant hierover terwijl de vergunning dus al vorig jaar december was verstrekt:
“Gezien het grote aantal bezwaren is besloten om een mededeling te doen via de media. Normaal krijgt elk persoon een brief van de minister. In deze zaak waren er bijna 80 personen.” Maar na doorvragen blijkt dat het niet om 80 bezwaren gaat, maar enkele bezwaren waarbij onder meer 1 indiener namens 70 anderen een bezwaar had ingediend. Croes geeft toe dat de bezwaarpunten van deze indiener voor alle ondertekenden hetzelfde waren. Maar dat in de wet niet staat dat elke persoon een brief moet krijgen en volgens hem met de mededeling in de krant is voldaan aan de wet.
Over waarom deze personen niet in een hoorzitting zijn gehoord, zegt Croes dat zijn directie daar niet over gaat. “De betrokken departementen onderzoeken de plaats aan de hand van de klachten. Zij brengen het advies uit en kunnen personen horen. Wij nemen dat mee voor de beslissing van de minister.”
De burgers die bezwaar indienden zijn echter niet gehoord, terwijl bijvoorbeeld in de zaak van de windmolens bij Urirama dat wel is gedaan. De burgers hadden daardoor met succes de plaatsing van de windmolens weten te voorkomen. Een van de actievoerders toen was overigens Evelyn Wever-Croes, de (demissionair) premier. Zij is nu toevallig verantwoordelijk voor DOW, de dienst die over de verbrandingsoven gaat, alsook het afval- alsook milieubeleid.
Overheid is weinig transparant over hindervergunning
Bewoner Balentina had vorig jaar ook een LOB-verzoek ingediend om relevante stukken te krijgen zodra de hindervergunning was afgegeven. Maar dat is haar niet gelukt. Groot was ook haar verbazing toen de premier in een persconferentie in mei voor het eerst publiek maakte dat de hindervergunning al in december was verstrekt.
Wetgevingsdirecteur Croes erkent dat dit ‘procedureel deel niet goed ging’. “We hebben toen de vergunning in december klaar was alle stukken naar de minister gestuurd met het advies te publiceren. Ik weet niet waarom dat niet is gebeurd, misschien door de feestdagen. Ik neem aan dat dat een fout is of administratieve omissie. Dus toen de publicatie kwam, ja achteraf, het is waar dat moet ik toegeven: dat heeft veel te lang geduurd. Maar ja, beter laat dan nooit. We hebben toen zelf besloten om de advertentie in de krant te plaatsen.”
Dat gebeurde dus pas eind mei dit jaar. Terwijl Balentina aangeeft dat ze niet voor niets de LOB (wet openbaarheid) had ingediend om de stukken zo snel mogelijk te krijgen. “Want er zijn termijnen om in bezwaar te kunnen gaan tegen de hindervergunning.” Vorige week zat ze nog bij de rechter om met een voorlopige voorziening alle stukken te krijgen om zich op die manier te kunnen voorbereiden op de rechtszaak tegen de vergunning. Volgens de advocaat van de overheid was dat echter niet meer relevant omdat ze de stukken inmiddels ter inzage kan krijgen.
Met inzage kan een burger de stukken dus alleen inzien en niet bijvoorbeeld kopiëren en bestuderen. Caribisch Netwerk had op 17 juni gevraagd voor de vergunning tijdens een presentatie door DOW aan de pers. Die presentatie stopte namelijk al aan het begin omdat de computer vastliep. Na 2 weken zonder bericht, kregen we op 30 juni inzage.
Vage voorwaarden en juridisch niet waterdicht
Het besluit zelf is niet lang, maar de bijlage is in het Engels wat geen juridisch legitieme taal is op Aruba en deze staat vol met tabellen en details die lastig zijn over te nemen. Wat wel opvalt is dat in de voorwaarden staat dat in de oven geen karkassen van dieren in verbrand mogen worden. Terwijl deze oven onder meer hiervoor is aangeschaft. Verder zijn er geen specifieke analysenormen opgenomen, staan er algemene verwijzingen naar Europese normen zonder deze te specificeren en vage begrippen als ‘het nemen van monsters van giftig materiaal’. Welk giftig materiaal staat niet vermeld.
Ook staan in de tabellen over de uitstoot grensvoorwaarden maar deze zijn niet meetbaar. Bijvoorbeeld stofdeeltjes mogen maximaal 30% zijn, maar er staat geen norm bij noch maat (bijvoorbeeld micrometer). Vragen aan de Directie Natuur en Milieu die als autoriteit is aangewezen om toezicht te houden en handhaven, over hoe ze deze vage voorwaarden gaan handhaven, zijn nog niet beantwoord.
Bewoner wil strafrechtelijk onderzoek
Ondertussen is het testen van de verbrandingsoven weer hervat. Balentina vertelt dat ze meerdere keren de afgelopen weken flinke overlast hebben gehad. “Ze moeten zich houden aan het vonnis van de rechter met de vaandel en vlag, maar dat gebeurt ook niet.” Ze heeft inmiddels weer een aangifte ingediend bij het Openbaar Ministerie. Daarin vraagt ze voor een strafrechtelijk onderzoek naar de overtredingen en overtreders van niet alleen de verbrandingsoven maar ook de vuilstort Parkietenbos.
In de rij van mogelijke daders noemt Balentina onder andere de vorige minister Marisol Lopez-Tromp alsook DOW-directeur Marlon Croes, het bedrijf Caribbean Trucking Company dat de oven bedient en justitieminister Andin Bikker die over de Hinderverordening gaat.