DEN HAAG – In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen, publiceert Caribisch Netwerk interviews met politici over de Caribische gemeenschap. Jorien Wuite uit Sint-Maarten vindt het ‘een noodzaak’ dat er nu een Caribisch Kamerlid komt.
U onderhandelde voor Sint-Maarten met Nederlandse ministers, waaronder premier Mark Rutte (VVD). Wat is er door die ervaring voor u veranderd?
“Ik sprak als gevolmachtigde minister niet namens mezelf, maar namens de regering van Sint-Maarten. Een grote verantwoordelijkheid. Soms was dat wel een uitdaging. Je moet heel bewust zijn hoe je iets overbrengt en begrip krijgt. Hoe ga ik dit gesprek aan? Die ervaring neem ik mee.”
“De Caribische eilanden kunnen wat meer aandacht hebben voor hoe je dingen voor elkaar krijgt daar in Den Haag. Ik merk dat er soms een houding is van: onze lokale politiek is er niet mee bezig, maar ja we moeten er iets mee. Andersom kan de Nederlandse politiek zich soms ook beter verplaatsen in wat er op de eilanden speelt. Samenwerken vanuit gelijkwaardigheid. Kortom: er is meer verbinding nodig.”
Is er in Den Haag nu meer aandacht voor de eilanden?
“Ja, vooral door de geopolitiek. De Venezuela-crisis, de verhoudingen tussen de VS en China, de groeiende aandacht van China voor het Caribisch gebied. Koninkrijksrelaties is belangrijker dan we denken.”
U woont nu op Sint-Maarten en bezoekt regelmatig ook de andere eilanden. Hoe anders zijn die geworden?
“Orkaan Irma had een gi-gan-ti-sche impact op de economie en het investeringsklimaat van Sint-Maarten. De focus is nu: hoe kunnen we infrastructuur krijgen die een tweede Irma overleeft?”
“Door covid is de armoede veel zichtbaarder, op alle Caribische eilanden. De economieën zijn kwetsbaar, omdat die afhankelijk zijn van beperkt aantal sectoren zoals toerisme. Al jarenlang is er op veel eilanden geen sprake van economische groei.”
En hoe krijgen we eindelijk die groei?
“De eilanden moeten scherpe keuzes maken wat ze willen met hun economie en hoe het meer divers kan. Ze moeten ondersteund worden door Den Haag en andersom. We leven nu in een wereld die steeds harder en concurrerender wordt, dus we moeten een team vormen.”
“De eilanden kunnen ook elkaar versterken. Ik hoorde van de week weer hoe Saba en Statia afhankelijk zijn van Sint-Maarten, dan denk ik: daar liggen ook veel kansen!”
‘Wij hebben gekozen voor de positieve toon over de eilanden’
De VVD vond uw partij naïef over samenwerking met de eilanden, want ‘ze komen hun afspraken met Nederland te vaak niet na’.
“Dat is een eenzijdig en negatief verhaal over de eilanden. Je moet ook erkennen dat het relatief jonge samenlevingen zijn en ze moeten de kans krijgen om zich te ontwikkelen. Wij denken dat er alle redenen zijn om positief te zijn en ik ben daarom ook trots op D66.”
Als regeringspartij had D66 het vier jaar lang voor het zeggen. Wat heeft dat voor de Caribische gemeenschap betekent?
“Wij hebben gekozen voor de positieve toon en hebben geïnvesteerd in de relaties met de eilanden. Wij gaven aandacht aan onderwijs. Antje Diertens had voor de Caribische gemeenten altijd gevraagd om dat sociaal minimum zo snel mogelijk te regelen.”
Weinig Kamerleden lieten regelmatig van zich horen als het om de Caribische eilanden gaat. Diertens wel, maar zij raakte zo teleurgesteld met een lage plek op de lijst dat ze heeft bedankt. Begrijpt u dat?
“Je kunt het haar beter vragen, want dit is een heel persoonlijke afweging. Ik heb met haar gesproken en ik was ook enorm teleurgesteld. Maar het is voor een commissie ook verschrikkelijk moeilijk om zo’n lijst samen te stellen. Er is een schreeuw om diversiteit en ook om nieuwe mensen toe te voegen.”
Maar u staat ook niet bepaald hoog op de lijst als we naar de peilingen kijken. De vraag is ook: neemt D66 de Cariben wel serieus?
“Ik denk het wel. We hebben nu 19 zetels in de Kamer en ik ben op plek 20 geplaatst. Dat is helemaal geen slechte plaats! Ik ben nieuw en veel mensen kennen me nog niet. De bestuurlijke ervaring en lef die ik heb, heeft daar wel allemaal aan bijgedragen dat ik toch op die plek sta.”
‘Waarom hebben we het niet over gelijke kansen, democratie, een groene economie, goed onderwijs en gezondheid op de eilanden?’
U wil ‘koninkrijksrelaties in het politieke debat én in de praktijk nieuw elan geven’. Wat bedoelt u?
“Aandacht besteden aan andere dingen in plaats van alleen geld en toezicht. Waarom hebben we het niet over gelijke kansen, democratie, een groene economie, goed onderwijs en gezondheid op de eilanden? Je kunt van mij verwachten dat ik dat soort thema’s veel onder de aandacht zal brengen.”
Moet het vanzelfsprekend worden dat ook Caribische mensen vertegenwoordigd zijn in de Tweede Kamer?
“Er is geen parlement van het hele Koninkrijk. Nu kun je alleen als gevolmachtigde minister van Aruba, Curaçao en Sint-Maarten meepraten. Maar D66 vindt dat ook zij stemrecht moeten hebben als de Tweede Kamer onderwerpen behandelt die de eilanden rechtstreeks aangaan.”
En een Caribisch Kamerlid?
“Dat is geen luxe, maar noodzaak. Er zijn ontzettend veel Caribische mensen in Nederland en die vinden het ook belangrijk om zich gerepresenteerd te zien als het gaat over wonen, werkgelegenheid en stages. We hebben net een toeslagenaffaire gehad, waar blijkt dat meer dan 8.000 mensen een Caribisch achtergrond hebben!”
In het bedrijfsleven is zo’n ervaring als diplomaat in Den Haag aantrekkelijk. En toch kiest u opnieuw voor de politiek. Waarom?
“Het algemeen belang. Het begon als student met een onderzoek op Sint-Maarten en daarna als topambtenaar. Pas in 2016 ging ik de politiek in.”
Wat wilt u als eerste aanpakken als u Kamerlid wordt?
“Kansenongelijkheid in het onderwijs. Er is een alarmerend rapport van de Ombudsman over Caribische studenten. Zij worden zwaar geraakt door het huidige beleid en de politieke keuzes.”
Maar wordt u nou een Caribisch of Nederlands Kamerlid?
“Een Nederlands Kamerlid, natuurlijk. Nederland anno 2021 is zó multicultureel dat het vanzelfsprekend is dat de Caribische component ook een mooi en belangrijke plek heeft.”
|