KRALENDIJK- Slachtoffers van ernstige misdrijven vinden dat ze te weinig invloed hebben op het strafproces. Ze hebben bovendien minder rechten dan in Nederland. Het gaat ook om nabestaanden zoals Kathy Boezem. “Tijdens de behandeling van de zaak moesten we allemaal leugens aanhoren zonder de kans te krijgen om te kunnen reageren.”
Boezems broer werd door zijn ex-partner doodgestoken. De nabestaanden zijn ontevreden over het hele proces en zeggen weinig daartegen te kunnen doen. “Er is maar tien jaar gevangenisstraf geëist. Wij hebben geen enkele invloed hierop.”
Volgens Boezem is de positie van slachtoffers en nabestaanden op Bonaire niet stevig in de wet verankerd. “Het Openbaar Ministerie veranderde tijdens de zitting de tenlastelegging van moord naar doodslag. Dat voelde als een klap in ons gezicht.”
Minder rechten als in Nederland
Dat komt ook omdat slachtoffers minder rechten hebben als in Nederland. Zo vroeg Boezem tijdens de zitting aan de rechter of ze kon reageren op onwaarheden die volgens haar zijn gezegd. Maar dat werd niet toegestaan. “In Nederland hebben slachtoffers vanaf 2016 onbeperkt spreekrecht. Op Bonaire is dat niet zo. Het staat niet in de wet”, reageerde de rechter.
Boezem vindt in het algemeen dat het rechtssysteem op Bonaire faalt. “Alles is gericht op de dader. Psychiater, psycholoog en zelfs reclassering is er voor de dader. Wie spreekt dan namens mijn vermoorde broer?” zegt ze geëmotioneerd en vindt dat ze in de kou zijn gelaten door justitie.
Hoewel ze de kans kreeg om tijdens de zitting een slachtofferverklaring voor te lezen, is ze niet tevreden. “Het ging puur om de schade die de dader heeft aangericht, niks meer.” Meer dan vervolgens de uitspraak van de rechter afwachten, kan je als slachtoffer niet doen, zegt ze.
Herkenbaar voor andere slachtoffers
Het verhaal van Kathy Boezem is herkenbaar voor andere slachtoffers. “Het is omdat ik in God geloof. Anders zou ik er niet bovenop komen”, zegt Elvis Braaf. Hij werkte als bewaker op een geldtransport toen deze met veel geweld werd overvallen.
“De kogels vlogen om mijn hoofd. Het is een wonder dat ik nog leef.” De daders zijn nog niet veroordeeld en behalve zijn verhaal vertellen, mag hij niks meer doen.
“Mijn leven is veranderd door deze overval. Ik had vertrouwen in de rechtbank tot ik zag hoe rommelig alles aan toe gaat.” Braaf vindt niet dat hij de kans kreeg om actief deel te nemen aan het strafproces. “Ik voel me in de hoek gedreven als slachtoffer. Ik vertrouw zelfs de rechtbank niet meer.”
Sterkere positie in wet
Slachtoffers kunnen vaak in een persoonlijk gesprek met de officier van justitie hun verhaal kwijt. De bovengenoemde gevallen laten zien dat slachtoffers dit niet voldoende vinden als het om een ernstige misdrijf gaat.
“De wet moet aangepast worden om een sterkere positie van slachtoffers of nabestaanden te garanderen”, erkent ook een medewerker van justitie die liever anoniem blijft.
Bureau Slachtofferhulp staat slachtoffers bij tijdens een zitting. Meestal bieden ze hulp om een slachtoffersverklaring op te stellen. Een reactie van hen over het ongenoegen van slachtoffers en ontbreken van spreekrecht, hebben ze echter nog niet kunnen geven.
Volgens het Openbaar Ministerie van Bonaire is er wel degelijk aandacht voor dit onderwerp.
“Op Bonaire bestaat het spreekrecht van de slachtoffers tijdens de zitting niet. In de komende weken zuller er verdiepingssessies zijn over aanpassingen hierover in het wetboek van Strafrecht BES”, zegt woordvoerder Roderick Gouverneur.
Over wie daaraan deelnemen en of ze dan al snel actie gaan ondernemen, daarover kon hij zich niet uitlaten.