Minder baankansen voor Caribische vrouwen met mbo-diploma

Foto: Pixabay

ROTTERDAM – Caribische vrouwen met een mbo-diploma hebben het moeilijk op de Nederlandse arbeidsmarkt. Dat blijkt uit recent onderzoek van het Nederlands onderzoeksbureau SEO Economisch Onderzoek.

Volgens dit onderzoek heeft 58 procent van de Caribische vrouwen met een mbo-diploma pas na een jaar een baan heeft tegenover 85 procent van autochtone Nederlandse vrouwen met een mbo-diploma.

Als mogelijke oorzaken van deze cijfers noemen de onderzoekers de sociaal-economische status van ouders, de thuissituatie, maar ook gebrekkige taal- en sollicitatievaardigheden en arbeidsmarktdiscriminatie.

Tekst gaat verder onder de video
Hoofddocent Studiesucces Jean-Marie Molina vertelt over de effecten
Reportage door: Sam Jones

De Caribische belangenorganisatie Ocan herkent dit beeld. Voorzitter John Leerdam kent verhalen van jonge vrouwen die solliciteren of stage willen lopen maar worden geweigerd omdat op hun cv staat dat ze op Curaçao geboren zijn.

“Dat is heel pijnlijk en we willen het liever niet niet horen maar toch is het zo.” De belangenorganisatie vindt dat die beeldvorming gauw moet veranderen.

Nederlands niet eerste taal
Tanja Fraai van de Caribische studentenorganisatie WeConnect vermoedt dat de achterstand op de arbeidsmarkt komt doordat Nederlands niet de eerste taal is voor veel Caribische jongeren. Dat speelt volgens Fraai vooral bij jongeren die op mbo-niveau een opleiding gaan volgen.

Met haar organisatie probeert Fraai deze studenten uit hun Caribische bubbel te halen door activiteiten te organiseren die ze in contact brengt met de Nederlandse samenleving.

“We bieden een veilige omgeving aan: borrels, bijeenkomsten en excursies bijvoorbeeld naar het Anne Frank Huis of de Tweede Kamer.”

Sam Jones in gesprek met mbo-er Shunaline Coco

 Download audio

Armoede
Onderzoekers van SEO Economisch Onderzoek noemen ‘de thuissituatie’ en ‘sociaal economische omstandigheden’ ook als mogelijke oorzaak achter de moeilijke positie van Caribische vrouwelijke mbo-ers op de Nederlandse arbeidsmarkt.

Leerdam: “Je ziet dat de armoede bij mbo-studenten hoger is dan bij andere groepen. En dat vinden we zorgelijk.” Hoewel het volgens Leerdam gaat om een relatief kleine groep van de Caribische gemeenschap die aan de onderkant zit: “zo’n vijftien procent”.

Oplossing
De oplossing ziet Leerdam aan de ene kant in het onder de aandacht brengen van de vrouwen die het wel goed doen. Aan de ander kant door de zwakke maatschappelijke positie aan te pakken. Ocan kan daar volgens Leerdam zelf niet meer veel aandoen. “De financiën zijn gestopt.”

Wel probeert de organisatie met projectsubsidies en vrijwilligers Caribische zelforganisaties te ondersteunen in de uitvoer van hun programma’s. “Programma’s die ervoor zorgen dat bijvoorbeeld mbo-ers doorstromen naar stabiliteit.”

Shunaline Coco – Foto: Sam Jones