Arubaanse broers fietsen helemaal naar Singapore

Foto: Lacle Brothers

BISJKEK – Twee Arubaanse broers proberen op een wel heel bijzondere manier hun droombestemming Singapore te bereiken. Nog 7.000 kilometer te gaan, op de fiets, vanaf Den Haag.  

Hun eerste fiets kregen Jaillen (34) en William (24) Laclé op Aruba van hun ouders toen ze ongeveer vier jaar waren. De broers, nog steeds onafscheidelijk, waren elke dag te vinden in de Arubaanse wijk van Tanki Leendert op hun fiets.

Singapore
In april dit jaar vertrokken de Laclé-broers vanuit Den Haag, met alleen hun rugzakjes en fiets. Inmiddels zijn ze 14.000 kilometer verder en hebben ze 13 landen gezien. Hun doel is om uiteindelijk in Singapore aan te komen. Waarom? “Heel simpel, wij willen echt reizen, mooie dingen zien en mensen ontmoeten”, legt Jaillen uit.

Williams bagage. Niet meer dan 3 onderbroeken per persoon – Foto: Laclé Brothers

Arubaanse trots
Dat de Laclé-broers op Aruba zijn geboren speelt een grote rol in hun fietsreis. ‘Geen Arubaan doet zoiets’, zeggen ze. “We pushen elkaar. We willen bewijzen dat wij het ook kunnen’’ zegt William.

Iran, Slovenië, Kyrgyzstan. Overal waar de broers komen wordt de vraag gesteld: ‘waar komen jullie vandaan?’ “Daarom hebben we in elke taal geleerd hoe je ‘Caribisch eiland’ zegt. Het helpt, want niet iedereen kent Aruba.”

Inmiddels zijn de Laclé-broers en hun Arubaanse vlag onafscheidelijk – Foto: Laclé Brothers

Wat nog lang ontbrak was de Arubaanse vlag. De broers kregen die pas in Hongarije van hun moeder toen zij op bezoek kwam. “In Turkije kwamen we eindelijk een fietswinkel tegen om een vlagpaal aan te schaffen voor de vlag.”

Honderden zadeluren
Het aantal kilometers tot Singapore maakt de broers niet zoveel uit. “Op sommige dagen kunnen we wel 140 kilometer fietsen. En als de weg zo rot is, maar 26 kilometer per dag.” Liever praat Jaillen niet over ‘kilometers’. “Ik spreek liever over zadeluren”, zegt Jaillen. “Per dag is dat zo’n 5 tot 6 uur fietsen (ongeveer 60 kilometer.)”

Kampvuur met ezelpoep
Het meest opmerkelijke tijdens hun maandenlange tocht? Tot nu toe ‘de vriendelijkheid van de mensen in Iran’, zeggen de broers. “Het is onmogelijk om in Iran wild te kamperen, ze laten je het gewoon niet doen. Je moét bij iemand verblijven’’, vertelt William. “Dat was wel even een cultuuromslag.”

Ook ontmoetten de broers tijdens hun reis een  Duits stel, waarmee ze een paar dagen optrokken. “Samen maakten we op een gegeven moment een kampvuur met ezel- en koeienpoep. Daar zaten we dan met z’n allen gitaar te spelen en te zingen”.

Het grootste cadeau: “elke avond de melkweg zien.” – Foto: Laclé Brothers

Grenspolitie en extreme temperaturen 
Met de voordelen van hun reis komen ook de nadelen. “In Servië hebben we veel moeilijkheden gehad met de grenspolitie. In Iran en Oezbekistan hadden we te maken met immense hitte”, vertelt Jaillen.

Naast extreme hitte was er ook watertekort en extreme kou: “In Pamir (Tajikistan) was het wel -10 graden in de ochtend. Na Tajikistan kon William niet meer fietsen op zijn fiets. Die was helemaal gesloopt.”

Diarree, diarree, diarree
De Laclé-broers proberen zoveel mogelijk risico’s te vermijden, maar het risico van diarree konden ze niet vermijden. In Tajikistan heb ik 3 weken diarree en in Iran 1 week. En op dit moment ook”, vertelt William lachend.

De Laclé-broers hopen rond maart in Singapore aan te komen. “We kunnen nog niet exact zeggen wanneer. Alles hangt af van de omstandigheden.”