Omwonenden Parkietenbos leven naast een tijdbom
Het niemandsland tussen de vuilstortplaats van Parkietenbos en het naastgelegen mangrovebos. Foto: Ariën Rasmijn

Het niemandsland tussen de vuilstortplaats van Parkietenbos en het naastgelegen mangrovebos – foto: Ariën Rasmijn

ORANJESTAD — Omwonenden van de vuilstortplaats in Parkietenbos zijn de rookoverlast en vervuiling zat. Zij verdenken afvalverwerkingsbedrijf Serlimar ervan de vele branden op de dump zelf aan te steken. Een boottocht langs de vuilstortplaats toont een ontluisterend beeld van op hol geslagen vervuiling.

Jan Jaap van Russen Groen woont in de omgeving van de Bucutiweg, pal naast de vuilstortplaats. Tijdens een rondleiding met zijn boot toont hij de impact van de dump op de omgeving. De binnenbaai van Bucuti is omringd door een dichtbegroeid mangrovewoud. Hoe dichter bij de dump komen, hoe kaler het bos wordt.

Afval op een rif-eiland aan de andere kant van het lagoen - foto: Ariën Rasmijn

Afval op een rif-eiland aan de andere kant van het lagoen – foto: Ariën Rasmijn

Er komt een witte, stinkende rook vanaf de afvalberg achter de mangrove, dat blijft hangen boven het water. “Soms hangt er zo’n dichte mist dat je op het water amper wat kunt zien.” Daar heeft Van Russen, en andere kapiteins die dagtochten met toeristen houden, flink last van. “Toeristen moeten dan vaak hun gezicht bedekken. Het duurt zo’n tien minuten en daarna moet je het proberen uit te leggen.”

De waterkant van het mangrovebos ligt bezaaid met afval, op sommige plekken zelf in lagen over elkaar. Op het grensgebied tussen de dump en het mangrovebos zijn alle mangrovebomen zwartgeblakerd. Aan alle takken hangen plastic zakken.

Niet alleen de waterkant van het mangrovebos is een vuilnisbelt. Ook de rif eilanden aan de andere kant van het lagoen liggen vol plastic, huisvuil en zelfs autobanden die vanaf de dump over waren komen drijven. De stank van de vuilstortplaats reikt tot hier. Van Russen: “Al dat afval dat in zee waait kan niet goed zijn voor de vele schildpadden en zeeroggen die nog steeds de lagoen bevolken.”

‘Opzettelijke brandstichting’
Volgens Van Russen zouden werknemers van Serlimar het afval zelf verbranden, wat volgens de wet niet mag. “Het is inmiddels zoveel dat ze wel moeten verbranden. Je ziet ze het vuil opstapelen op een plek met bulldozers. Dan kan je er vergif op nemen dat het in de fik wordt gestoken.”

Hij zegt niet zelf gezien te hebben of deze branden daadwerkelijk werden aangestoken door mensen die ook zichtbaar Serlimar-werknemers waren. “Maar het is altijd op gezette momenten, meestal op zondag als alles opgestapeld is. Ik heb van andere mensen gehoord dat ze mensen met jerrycans hebben gezien.”

Serlimar-woordvoerder Lionel Croes ontkent dat werknemers opzettelijk afval in brand steken. “Mocht het wel zo zijn dan moet daar bewijs van worden getoond”, zegt Croes. Wel is het zo dat er constant brand woedt onder de toplaag van afval op Parkietenbos. “Dat gaat nooit uit. Bovendien komen geregeld mensen op het terrein om koper uit huishoudelijke apparaten weg te smelten. Feitelijk is Parkietenbos een tijdbom.”

Foto: Ariën Rasmijn

Foto: Ariën Rasmijn

Croes zegt dat Serlimar op dit moment bezig is met verschillende buitenlandse partijen om nieuwe manieren van afvalverwerking te ontwikkelen. “Met name een verbrandingsoven, zoals ze op Curaçao hebben, lijkt ons een passende oplossing om in ieder geval bepaalde soorten afval te verwerken. Maar dat is een grote investering.”

‘Handen gebonden’
Probleem is gebrek aan geld. “Bovendien kunnen wij alleen maar advies geven. Uiteindelijk zijn het de ministers van Milieu en Infrastructuur die bepalen wat er gebeurt”, aldus Croes. “Onze handen zijn gebonden.”

Door Ariën Rasmijn