Paul Dinnissen (links) en Remi Blokker (rechts) van Bluerise – foto: Pieter Hofmann
DELFT – In de toekomst wekt Saba alle energie duurzaam op, en in dat proces wordt ook drinkwater geproduceerd. Tenminste, dat wil het bedrijf Bluerise uit Delft. Donderdag spreekt het bedrijf met de commissie Koninkrijksrelaties in de Tweede Kamer.
Bluerise werkt met thermische energie. “Thermische energie gebruikt het verschil in temperatuur tussen warm oppervlaktewater en koud diepzeewater. Met het temperatuurverschil kun je elektriciteit produceren”, zegt Remi Blokker, CEO en medeoprichter.
Pieter Hofmann in gesprek met Remi Blokker en Paul Dinnissen
Saba ligt geografisch gezien ideaal. Blokker: “Dat eiland kun je vele keren van energie voorzien.” De opgewekte elektriciteit kan geëxporteerd worden.
Drinkwater
De temperatuur van het opgepompte diepzeewater is na het energieproces 11 graden, waardoor het geschikt is voor drinkwaterproductie. Het condensatieproces voor drinkwaterproductie is energie-efficiënter dan bestaande ontziltingsprocessen. Saba zou geen watertekort meer hebben.
De Tweede Kamer is geïnteresseerd. “Een aantal maanden terug is vanuit de VVD contact gezocht over ons project op Curaçao”, vertelt Paul Dinnissen, CIO van Bluerise. “Dat deden we, en toen is ons gevraagd of dit niet iets zou zijn voor Saba. We hebben een snelle scan gemaakt en nu gaan we in de Tweede Kamer een toelichting geven op de kansen die wij zien.”
Thermische energie is niet bij iedereen even bekend, beseft ook Dinnissen. “We willen de Tweede Kamer er meer bekend mee maken. Deze energievorm is in Nederland niet voorhanden maar in de Cariben wel. De eerste indrukken zijn goed. Maar om echt te kunnen zeggen of deze vorm van duurzame energie past bij Saba moeten ook gekeken worden naar wat de vraag is, welke partijen een rol spelen en vooral wat het eiland belangrijk vindt. Het moet financieel kloppen, maar ook passen bij de wensen die op Saba leven.”
Pilotstudie
Een pilotstudie kan meer duidelijkheid scheppen. De kosten daarvan zijn sterk afhankelijk van de breedte van het onderzoek en beginnen bij enkele tienduizenden euro’s. Dinnissen: “Of de pilotstudie er daadwerkelijk komt is afhankelijk van de betrokken overheden.”
Door Pieter Hofmann