ZWOLLE – Vanaf de jaren ‘60 drukken Antillianen in Zwolle hun stempel op het sociaal-culturele leven. Inmiddels staat die invloed onder druk.
Franklin Francinet, sinds 1965 Curaçaoënaar in Zwolle, gaat naast zijn studie honkballen. “We speelden bij multisportvereniging ZAC. Daar was honkbal een ondergeschoven kind, dus hebben we een eigen club opgericht: The Hitters.” Dat is een voorloper van Blue Hawks, dat vroeger uitkwam op het op één na hoogste niveau.
Nog steeds organiseren Antilliaanse ex-leden jaarlijks een grootschalig softbaltoernooi voor Antilliaanse teams. “Dat is er een hele grote get-together, daar komt iedereen op af”, zegt Francinet.
Kerkdiensten
Ook de ‘eigen’ godsdienstbeleving vindt een plaats in Zwolle. Sinds 2004 vieren Papiamentstalige katholieken de eucharistie in hun moedertaal. Dat gebeurt in de Verrijzeniskerk. De diensten blijken populair: als sluiting dreigt, haalt Violet Roosberg uit protest 400 handtekeningen op. Inmiddels is de gemeente uitgeweken naar parochie Sint Thomas van Aquino. Pater Wybe Franssen, decennialang pastoor op Aruba, leidt de diensten.
Nos Union
Als Milushka van Uyten in 1997 vanuit Curaçao naar Zwolle-Zuid komt, wil ze niet teveel hooi op haar vork nemen. Uiteindelijk blijft ze tien jaar voorzitter van stichting Nos Union. Ze organiseert fondsenwervingen, straatfeesten en ban-topa’s. “Eerlijk gezegd heb ik het inmiddels helemaal gehad, maar het was wél mooi.”
Van Uyten zamelt geld in voor Zwolse Panters, een drumband voor Antilliaanse jongeren. “Ze traden op bij straatfeesten. Dertig muzikanten, vijftien danseressen. Een gemeenteambtenaar vertelde me tijdens zo’n feest dat iedereen op elkaar stond terwijl de straten erachter leeg waren.”
Het kost een duit: “de instrumenten kostten exclusief onderhoud 80 duizend euro. De trainer kwam tweemaal per week uit Rotterdam. Toch wilden sommigen dat we kwamen voor twee-, driehonderd euro.” Voor dat bedrag kan ze nog net de bandleden betalen. De tekorten worden nijpend. Als de ouders van de muzikanten zich ermee gaan bemoeien, geeft Van Uyten er de brui aan.
Barbershop
Curaçaoënaar Joseph Isenia begint JoJo’s, de eerste Zwolse barbershop. “Ik begon op mijn kamertje te knippen. Dat liep uit de hand en toen ben ik een zaakje begonnen in Holtenbroek, in een pand dat gesloopt zou worden.”
De Zwollenaren moeten aanvankelijk wennen. “Uiteindelijk begrepen ze dat het niet alleen voor mensen met ‘black hair’ was”, aldus Isenia. Inmiddels bestaat de barbershop tien jaar en is het verhuisd naar een centrale locatie. Andy Kirchner kwam vaak bij JoJo’s. “Bij ‘Nederlandse’ kappers is het knippen en klaar, die koffie-en-cake-mentaliteit. Bij Jojo’s werd je baard bijgewerkt en bepoederd. Er was muziek, er werd gedanst, op vrijdagmiddag een biertje.”
Feesten
In zijn Zwolse periode is Kirchner jongerenwerker en DJ. “Twee Curaçaoënaars namen een Ierse pub over en vroegen mij als DJ. Dat heb ik een tijd gedaan. Eerst kwam er Hollands publiek, toen ik wegging was het een complete mengelmoes.”
Ook Anaïs en Sendley Roosberg, betrokken bij maandelijkse Zwollywood Latin Night-feesten, richten zich niet op een Antilliaans maar op een multicultureel publiek dat komt om te dansen. Het initiatief van hun oom Giovanni geeft jonge DJ’s een podium.
Allebei kunnen ze zich de buurtfestiviteiten van Nos Union nog herinneren, maar liever baseren ze hun eigen feesten op gangbare muziekstijlen. Anaïs: “Bepaalde genres – salsa en kizomba bijvoorbeeld – zijn ‘in’ en dat speelt een grote rol. Omdat het zo’n grote hype is, krijg je mensen van verschillende leeftijden en culturen op de feesten.”
Vibe verloren
Enkele jaren geleden is het doelgroepenbeleid, waarbij subsidie toegekend kan worden aan één specifieke groep (Antillianen bijvoorbeeld), afgeschaft. Specifiek Antilliaanse sociaal-culturele activiteiten zijn gesneuveld. Van Uyten: “Er gebeurt niks meer. Niemand gaat het doen.”
Francinet nuanceert het beeld: “Bepaalde groepen organiseren sinterklaasfeesten voor Antilliaanse kinderen. En noche buena met kerst.” René van Rijn, welzijnswerker in Holtenbroek: “binnenkort komt er in het buurthuis een landelijk dominotoernooi. Wel ligt meer nadruk op zelforganisatie vanuit de gemeenschap.”
Morgen deel drie van de driedelige serie Zwolle: Holtenbroek is geen ‘Holtenbronx’ meer. Lees hier deel één.
Door Pieter Hofmann